Hetty Site

Waar doe je het voor?

Schapen houden is een vak apart. Toen we aan het Schoolpad kwamen wonen kregen we ondersteuning van Frans. Frans Kollmer had jarenlang schapen lopen op ons stuk weiland. In ruil daarvoor hield hij de afrastering in orde voor de vorige bewoner. Ik had natuurlijk zelf ook zin in een paar schapen en zo begonnen we samen met Frans aan deze uitdaging. Dat eerste jaar maakten we alles al mee… zere pootjes, zere bekjes. "Dat kan eigenlijk niet", sprak dokter Harrie, "in zo’n geïsoleerd weiland". Maar we hadden net een paar witte jonge schapen bijgekocht en die hadden het natuurlijk meegebracht.
We hebben ze een paar keer per dag ontsmet en het ging weer over. Van schapenhandelaar Akker leerden we de fijne kneepjes van het herkennen van "de maden", hoe je kunt zien dat ze maden hebben. Meestal slaan ze toe met warm broeierig weer. De blauwe vlieg legt z’n eitjes in de vacht. Die komen uit en de maden zoeken zich een weg in de huid. Wanneer een schaap wat apart gaat lopen en telkens achterom kijkt… naar de jeukplek… moet je ze maar even controleren. Hij had gelijk en je zag die vieze maden tussen de wol uit de huid kruipen. Gauw de gieter met water plus middel gevuld en over de rug gesproeid. En je bent ze dan zo kwijt, soms komen ze met tientallen tegelijk naar buiten kronkelen. We behandelen daarna alle schapen maar meteen mee. Griezelen jullie al?
Wanneer bij een geboorte het lam er niet goed af wilde werd dokter Harrie geroepen. Hij legde de ooi op een strobaal en deed voor hoe je een pootje dat verkeerd lag weer goed kon leggen. "Laat je handen eens zien", zei hij eens. "Niks mis mee", toen hij ze zag, "die zijn heel geschikt om er bij te komen". Wims handen zijn wat groter, maar die liet ik toch liever het karwei klaren. Maar de meeste keren ging de bevalling vanzelf.
Frans leerde ons om kleine kraamhokjes te maken voor moeder en kinderen, zodat ze goed aan de moeder konden wennen. En goed opletten of ze de eerste biest gedronken hadden. Anders moet je ze een handje helpen.
In het voorjaar werden de moeders geschoren. Daar kwam ook weer een mannetje voor en werden ze geënt met Ivomec, blijkbaar een tovermiddel tegen maagdarmwormen.
Je vraagt je misschien af: Waar doe je het allemaal voor? Dat kan ik je vertellen.
Het moment ’s avonds als je samen tegen tienen nog even naar de stal gaat en we op een baal zittend de hele beestenboel overzien, is de topper van de dag. Die heel tevreden hooi vretende schapen bij de ruif, de lammeren die ieder aan een kant onder hun moeder duiken om te drinken dat is zo’n prachtig gezicht en geeft mij een heel bijzonder geluksgevoel. Wim heeft het na vijf minuten wel gezien. "Alles goed… ik gao". Maar ik knoop er graag nog een half uurtje bij aan en snuif die lekkere lucht van schaap en hooi en stal op.

En nu? Wel de lusten en niet de lasten nu er schapen van Rob in de wei lopen. Ook fijn.
Meer weten over de kudde van Rob Brummel? En over de wol? Klik op de titel of op www.purewol.nl

Foto: Coba met haar witte twins in het kraamhokje.