Hetty Site

Zö-w es gek doen…?

Ons leven kun je verdelen in periodes. Onze tijd in Hengelo was de fijnste in mijn leven. Denk er graag aan terug. Toen we, nu jaren terug nog een dagje vrij reizen hadden van de NS moest het gebeuren. Die avond stelde ik Wim voor:”Zö-w es gek doen… wi-j pakt gewoon de trein en zie-w wel waor a’w terechte komt.” Wim vond het best.

De volgende morgen werden mijn plannen wat duidelijker. “Zölle wie-j es naor Deventer gaon en dan naor Zutphen, belle wie-j efkes Ben en Diny of ze ok komt koffie drinken ergens. En dan könne wie-j wel  deur naor Hengelo… ie-j wollen altied nog es naor et Stork Museum.” Een schot in de roos.
En zo gebeurde het. Alleen… Deventer lokte niet erg toen de trein er binnen reed. Maar Zutphen wèl. Jammer Ben en Diny bleken onbereikbaar, dan maar samen een rondje stad. We streken neer in Het Volkshuis. Toen mama en Diny hier vroeger naar de markt gingen kwamen ze hier ook wel voor een kopje koffie, eigenlijk moest mama altijd naar de wc en dronken ze daar gezellig wat. Ach wat een nostalgie om zo je oude stad nog eens door te lopen, die ik vijf jaar lang doorkruist heb, Talamini, de IJsselkade en de patatzaak die ik met de ogen dicht kon vinden en waar wat later Diny en mama met mij de bruidsjurk uitgezocht hebben.
Toen zagen we een soort vlag bij de oude Broederen kerk hangen, de kerk waar vroeger vaak een kerst- of paasbijeenkomst van het Baudartius gehouden werd. Het bleek Zutphense Schatten in het toen genaamd ‘Zutphens Stedelijk Museum’ te herbergen. En dat mòest gewoon bekeken worden. Prachtige dingen waren er te zien, allemaal hebben ze te maken met de geschiedenis van Zutphen. Warempel zagen we een oud schilderij met Berend van Hackfort en één met de bekende dichter ACW Staring, waar ik al eens over schreef. Ik mocht jammer genoeg geen foto’s maken en ik ben nu eenmaal een gehoorzaam kind. De expositie van de schilder en voormalig leraar aan o.a. het Baudartius Jan Bos vond ik prachtig. Het is een overzicht van zijn werk uit de Zutphense tijd. Hij heeft aardig rondgefietst. De aquarel van de dikke boom bij Huize Den Bramel deed me griezelen terwijl ik weer dacht aan de spoken die daar rond zouden dwalen. Maar dan is het tijd om op te stappen als we tenminste het Stork Museum ‘het Heim’ nog willen zien. Het Heim is een Twents Museum over de industriële ontwikkeling van deze streek en is gevestigd in de voormalige Wilhelminaschool, de Storkschool waar veel jongens hun opleiding kregen voor ze bij Stork aan de slag konden. We keken er onze ogen uit. Er zijn een heel stel vrijwilligers die groepen rondleiden. Bertus, onze oud- buurman is er één van. Alleen niet die dag.
De scheepsmotoren trokken Wim natuurlijk het meest. Hij zette ze stuk voor stuk even aan om naar hun geluid te luisteren. “Met deze heb ik gewerkt”, zei hij af en toe. Wil je weten hoe een oude telefooncentrale werkt? Moet je daar gaan kijken en ervaren, want je mag alles uitproberen. Er liep een stel drukke jongetjes rond met een gids en twee juffen en ik besefte dat ik blij ben dat die tijd voorbij is. Toen we uiteindelijk helemaal boven kwamen was er nog veel meer om uit te proberen: een techno- workshop. We zouden er later ook met Robin en ook Eva heen gaan. Ze waren toen een jaar of 13 en die vermaakten zich er uitstekend.
Het was een mooi slot van de dag. Stork is toch een stuk van ons leven. Van 1968 tot 1983 werkte Wim hier met veel plezier. Hij specialiseerde zich als kwaliteitsman.
“Hier was de gieterij, daar de ketelmakerij en daar de pijpenbuigerij waar ik zolang gewerkt heb”, meldde Wim. Ja ja.. ik wist het ook nog wel. Bij de Pijpenbuigerij vonden ze dat er te weinig rekening met hen gehouden werd: ‘Wie-j zit hier an de achterste titte van ’t varken”, zeiden ze wel eens.
Aan de overkant zag je nog een voormalig stuk fabriek van Stork. Er is een nieuwe bestemming voor: parkeerplaats. Maar als herinnering aan glorieuzer tijden toen Stork Hengelo meer dan 5000 werknemers telde, bleef het karkas staan.
In de verte zagen we nog de toren van de RK kerk in het centrum van Hengelo.