Hetty Site

Brief van opa aan zijn nichtjes Heintje en Dina in 1943 -1-

Dina- links- is hier waarschijnlijk op bezoek bij het gezin Eggink op de Jaeger. Hier zullen de beide nichtjes Heintje en Dina vast bij zijn. De foto moet van vóór 1938 zijn omdat Dina toen overleed.
rectificatie: Volgens Dinie Voortman is dit de familie Trekop uit Eefde

Het is midden in oorlogstijd en de beide zussen zuster Odile- Heintje- en zuster Elisia -Dina- zijn een dagje bij hun ouders op de Jaeger op bezoek geweest, een heel bijzondere gelegenheid.
En opa reageert daar op.

Barchem 10/1/43

Beste Dina en Heintje

Er was gisteren niet zoveel tijd, en ook niet veel kans om met jullie nog wat meer te praten en daarom wil ik nu, nu het nog rustig in de keuken is, nog wat met jullie doorpraten.
Ik moet dan in de eerste plaats zeggen, dat het me zo buitengewoon verraste, dat mooie tafereel, toen ik in mijn geboortehuis achter de deur heen kwam. Het was een schilderij, zo mooi, die tafel met al die blije gezichten er om heen, allen in feeststemming en feestgewaad; waarlijk uw moeder had wel gezorgd dat alles wel in overeenstemming was met de zeer bijzondere gebeurtenis: jullie beiden tegelijk een dagje op bezoek bij vader en moeder. Een heel mooie gebeurtenis waar jullie zeker nog lang aan terug zullen denken. Je kunt zo’n dag in je geheugen bewaren als een schat, die je altijd bij je hebt. Daar denk je dan wel niet steeds aan, maar zo af en toe in een stil uur, als je uw gedachten tot uw eigen beschikking hebt, dan krijg je dat kleinood nog eens voor de dag en bekijk je het nog eens weer van alle kanten, laat alle details nog eens voor uw geest heengaan en je geniet weer en er komt weer wijding over dat vrije uur. Ik weet wel, de band aan je ouderlijk huis brengt vooral de eerste dagen na zo’n fijne dag ook wel andere gewaarwordingen naar boven. Het is wel geen heimwee en je zou ook niet graag altijd thuis wezen, maar toch een zeker gevoel van weemoed, een levendig besef van afstand, tussen jezelf en je ouderlijk huis.
Na een week of soms wat langer raakt dit gevoel wel weer op de achtergrond en komt je belangstelling weer terug voor de dingen van de dag, voor het heden..
Zo gaat het ook met een sterfgeval, als ’t tenminste iemand aangaat die je liefhebt. Er is een scheiding, ja maar als je tot jezelf inkeert, voel je wel dat het alleen maar in zoverre een scheiding mag heten, ze zijn buiten uw gezichtskring geraakt, maar het gaat niet verder dan het stoffelijke deel, datgene dat toch moet voorbijgaan.
De rest, of de eigenlijke persoonlijkheid kun je nog evengoed, meestal nog beter nog inniger liefhebben als voor die tijd, en van de andere zijde wat u betreft, uw ouders. Wat mij betreft mijn dochter Dina, denkt men ook nog meer en nog intenser gedachten van liefde tot de verwanten waarvan men stoffelijk gescheiden is.
En hoe kan een mens ongelukkig wezen die liefheeft. Jullie bent nu misschien een 150 km van huis en dat voel je ook wel maar dat is niet erg. Erg denk ik is alleen als je haat en dan onverzoend uit mekaar raakt op wat voor manier dan ook. Uw vader en ik hebben maar ene zuster, die nu ook nog, zoals je weet, tot de nieuwe orde is gaan behoren. Dat laatste heeft eigenlijk geen haat te geven, er is niets waardoor je recht zou hebben een mens te haten. En uw vader en ik haten tante Hanna ook niet en ik hoop toch voor haar dat onze verwijdering bij haar ook niet berust op haat want dat zou haar wezenlijk ongelukkig maken, maar het lijkt toch dat wij in onze verwijdering moeten berusten.

slot volgt