Hetty Site

De grote en kleine keuken

Agnes heeft een aantal verhalen geschreven over hun gezin op ’t Waorle. Het was een groot gezin, 10 kinderen als ik het goed heb. Onze opoe Kornegoor heeft als naaste buurvrouw bij de geboorte van een heel stel gebakerd en hand- en spandiensten verricht. Tante Mientje werd ze genoemd. Die kon aardig uit de hoek komen weten we uit eigen ervaring, een prachtig mens. Als een van de groter jongens een opmerking maakte pakte ze hen meteen terug met een opmerking als: ‘Jao mien jonge, ik heb oe vrogger ok de dook nog veur de blote konte edaon’.
Agnes laat ons nu meegenieten van een aantal van die verhalen die ze gebundeld heeft met als titel: Bie-j ons thuus. Er is veel herkenbaars bij want bij veel boeren gezinnen ging het net zo. Ze beschrijft ook de R.k rituelen die mij minder bekend zijn. Er werden bij hen thuis heel wat toneeltjes geoefend als er weer eentje misdienaar ging worden
Nu had ze het over de kleine kökken en de grote kökken. De kleine kökken werd de hele week gewoond , alleen op zondag ging de kachel ook in de grote kökken an.
Op de Haar noemden we het net zo want inderdaad was die laatste behoorlijk groter dan de dagelijkse keuken. Op zondag kwam er ook vaak visite en was het handig om meer ruimte te hebben.
Op de Boomgaard hadden we geen grote keuken, want die was niet groot. Het werd daarom de voorkamer genoemd, maar net als bij iedereen werd er alleen op zondag gestookt. Na de kerk werd er een spelletje gedaan, dammen of Mens erger je niet. Vader Hein las ‘De Boerderij’ of ‘In de Strengen’. Ja, hij was een paardenliefhebber, een peerdekearl. Door de week kwam hij niet aan zijn lectuur toe.Hij was alleen niet gewend om lang in een warme kamer te zitten en ook nog te lezen. Zijn ogen zag je geregeld dicht zakken.
In 1963 werd de Boomgaard verbouwd en werd de voorkamer, een stukje gang en de ouderslaapkamer bij elkaar getrokken en werd het een hele grote kamer, 10 bij 4 m. Toen veearts Wegchelaer met zijn ‘snoek’, zo’n grote Citroën, eens bij een koe geroepen was moest hij het even bekijken. Hij had in de keuken net zijn handen gewassen na het karweitje met de koe. Hij was altijd geïnteresseerd in mensen. Met één blik overzag hij de kamer met veel lichtval en besloot met de opmerking: ’Dit is een rijke kamer’.

foto: De kamer op de Boomgaard na de verbouwing