Hetty Site

De Juffrouw en de Herder

Voorin het schrift van opa Hendrik waren de aantekeningen van de Landbouwwinterschool. Veel scheikunde en leer over gezonde gewassen, koolhydraten, steriliseren en pasteuriseren van de melk. Aan de achterkant was Hendrik gedichten en toneelstukjes aan het opschrijven. Er is zelfs een hele lange bij, ‘Mijn Jantje’, heel grappig wel en is ondertekend met DJ Eggink , April 1902. En dat is van hun zus Hanna, de jongste van het drietal van de Egginks van de Jaeger.

Maar de eerste en met het mooiste handschrift is: De Juffrouw en de Herder. Ik vermoed dat hij het zelf nog heeft voorgedragen op de Jongelingsvereniging. Jammer, geen dichter bekend.

De Juffrouw van de Villa,

Reed langs de Lindenlaan

Hoe blonk heur kleed van lila,

De jonge herder voelt een steek

En ziet haar smachtend aan.

Hij hoort de zweepslag gonzen

En wordt dan raar als ooit….

Zijn hart vol hoop gaat bonzen

“O zoeven wil ik haar tegemoet

’t Gelukt mij nu of nooit!”

Toen ving hij aan te blazen

Zo vol zo luid zo zoet!

De schaapjes lieten ’t grazen

En hoorden toe; ja zelfs de beek

Stond stil  bij ’t schoon getoet.

En toen die gouden stemmen

Weergalmden langs de wei,

Liet plots de juffrouw remmen…..

Zij buigt zich schuchter uit ’t portier

En smeekt: “Kom dichterbij”.

Hij nadert liefdedronken

In vliegende galop,

Maar nauw ter aard gezonken

Spreekt vleiend hem de juffrouw toe:

“Mijn herdertje sta op”.

Hoe zwoegt haar welvend keursjen

Hij had het nooit geloofd!

Daar grijpt zij snel haar beursjen:

“Pak aan maar schei met blazen uit,

Ik heb zo’n pijn in ’t hoofd”.

Het rijtuig rolde verder

En tranen stroomden neer

Uit de ogen van de Herder…

Hij stak …. de stuiver in zijn zak

En blies geen drommel meer!

Soms was er een woordje waarvan hij niet zeker was of het netjes genoeg was. Zo had hij boven het woord ‘drommel’ het wat algemene woordje: ‘stukje’, geplaatst.