Een naar geval – Toegift

Na een langere voordracht , eigenlijk een soort toneel, kwam er op de jongelings- of meisjesvereniging 100 jaar geleden, nog wel eens een toegift… zoals deze:

Een naar geval

Ik kom als ik ’s morgens mijn woning verlaat

Het huis mijner liefste voorbij

Zij weet reeds het uur en gluurt in de straat

Steeds wachtend naar iedere zij

Verleden, o schrik—was haar venstertje leeg

Hoe scherp ik naar boven ook zag

En niemand van wie ik een morgengroet kreeg

En treurig begon ik mijn dag

Het venster was heel van zijn tooisel ontdaan

’t was somber zo zonder gordijnen

Hij kijkt mij zo hol en zo akelig aan

En… waar zou mijn liefste wel zijn

Verschrikkelijk langzaam verging mij die dag

Ik dacht dat is niet in de haak

‘k loop ’s avonds er eventjes aan

‘k vertel haar het nare geval— groot gelach!

Dien dag werd haar kamer gedaan