Hetty Site

Heren en knechten…

Kasteel Vorden links en Hotel De Konijnenbult is rechts te zien.

Ik ben momenteel in de ban van de geschiedenis van de familie van der Borch die op Kasteel Vorden woonde èn, daaraan gekoppeld, de geschiedenis van Hotel De Konijnenbult die hiermee verweven is. Daarbij wordt er veel verteld over de omgeving van Vorden in de vorige eeuw. Het is leuk om te lezen dat onze tante Hermien Aartsen 2,75 gulden in de week verdiende bij huisarts Servaes waar ze als meisje voor dag en nacht inwonend was. Ze heeft er een mooie tijd gehad. Op hoge leeftijd had ze nog contact met de zonen van dokter Servaes die ze als kleine jongetjes had meegemaakt. Ze zou ook met oom Sjoerd over de bevroren gracht bij kasteel Vorden hebben gezwierd. Dat zal toch echt wel in haar jonge jaren geweest zijn.
Natuurlijk was de verhouding van ‘Mip’ van der Borch met wijkzuster Hendriks de rode draad die door het hele boek De Konijnenbult liep. Bovendien werd je nog eens op de feiten gedrukt van de afhankelijkheid van de boeren die onder de heer van een kasteel woonden. Niet te benijden. Zwager Ben had al vaak verteld over de verhoudingen onder de Baron van Hackfort, maar bij andere landgoederen was dat hetzelfde. Ook vader Hein was al niet van plan om paardenknecht te worden bij de baron van ’t Medler. Ze bewoonden een boerderij van het Medler en vader Eggink was er tuinman. Ook daar werd geïnformeerd of de jonge Hein soms een vogeltje onder zijn pet had omdat hij zijn petje niet eerbiedig had afgenomen toen de barones te paard langs kwam rijden. Pa vertelde eens dat ze geluk hadden gehad dat ze zelf een naam konden kiezen voor hem, want als hij i.p.v. de 26e op de 29e juni geboren was had het vast Peter of Paul moeten worden. Het is de dag van de H. Petrus en Paulus. Aangezien de barones goed RK was zou dit waarschijnlijk moeten. Ik vond het altijd een sterk verhaal maar na het lezen van deze geschiedenis verbaast me niets meer. Oude tijden herleefden bij het lezen van deze waargebeurde historie. Er is een eind gekomen aan de feodale overheersing op de landgoederen. De belastingen waren niet meer op te brengen, bovendien was hun manier van leven duur.
Sommige landgoederen gingen over in handen van Geldersch Landschap, Natuurmonumenten of ook wel van particulieren. Wat mij opviel is dat die verschillende baronnen, van de Borch zowel als de baron van Hackfort zo goed de Achterhoeks spraken. Misschien kwam dat omdat ze met ander Vordense kinderen op de lagere school zaten. De van der Borchs op de School met den Bijbel op het Hoge en de baron van Hackfort had een band met de Openbare Dorpsschool. Nee, meneer van de Wall Bake die op de Kieftskamp woonde en een hoge functie bekleedde in het leger, hem heb ik nooit dialect horen spreken met zijn hoge hese stemmetje.