Hetty Site

Weblog1

Soms doe je van die dingen…

Pas hoorde ik  over een dom ongeluk, veroorzaakt uit gewoon wat overmoedigheid. Iemand dook vlak voor zijn huis in het ondiepe water bij de aanlegsteiger. Hij woonde er zelf. Hij raakte verlamd, zit in een rolstoel en is verhuisd naar een volledig aangepaste woning.
Iedereen doet wel eens iets zonder er bij na te denken… gewoon. Ik kan zo een paar domme dingen alleen al van mezelf opnoemen die alleen al vroeger  op de Boomgaard zijn gebeurd.
Ooit klom ik eens op de bovenste balken in de schuur. Er lag een hoopje hooi beneden en ik sprong zonder goed na te denken naar beneden. Het hoopje was niet zo groot. Ik jankend naar binnen…Ik heb dagen kreupel gelopen. Naar een dokter….nee dat deed je niet wanneer alles nog bewoog.
Een jaar later ging ik met een boek naar mijn favoriete boom in de boomgaard. Wanneer ik thuis zomaar ging zitten lezen… “Heb je niks anders te doen”, was het dan. Daar lag een koe bedaard te herkauwen. Ik dacht: waarom zitten mensen alleen maar op een paard en … ik zat al op die -zo leek het- rustige koe. Dat duurde geen seconde en die koe kwam in de benen. Beetje dom natuurlijk, maar ja…. ! Ik duik er achterover af. Ik heb een week krom gelopen met een zere rug en nek. Nee.. geen dokter….alles bewoog toch nog?!
Toen ik veertig jaar was kwam ik bij de huisarts terecht vanwege problemen met nek en arm. Er werden foto’s gemaakt. Ik naar hem toe voor de uitslag. “Wat heb je gedaan… ben je met 80 km per uur tegen een muur gereden”, was het eerste wat hij vroeg. Nee….. hoe dat zo”? “Nou…. zei de huisarts, “omdat de foto’s nogal wat beschadigingen laten zien, maar het kan ook van lang geleden zijn. Tja… toen dacht ik even aan dat kleine hoopje hooi en die koe…

Ik ben intussen alweer heel wat jaren ouder en met ons aqua joggen, af en toe behandelingen bij de chiropractor en wat fysiotherapie blijf ik in beweging. Maar heel soms denk ik terug aan die ‘rustige koe’ en dat onbezonnen kind van toen.

URK

Vandaag was het D-day voor ons. We gingen op uitnodiging van de KNRM naar Urk. Wim is intussen al meer dan 60 jaar donateur van de Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij en dat weten ze te waarderen  door ons  uit te nodigen voor een mooie morgen op het KNRM Station op Urk. En dat was het. We waren met 12 genodigden, 6 plus aanhang. En.. we maakten kennis de bijna volledige bemanning van de Reddingboot. De meesten wonen en werken zo dicht bij het Reddingstation dat ze binnen 5 minuten bij de boot kunnen zijn. Bij de oproep laten ze alle werkzaamheden los en spoeden zich naar het Station. Ook nu kregen we uitgebreid te horen hoe de ontwikkelingen bij de KNRM niet stil gestaan hebben. Er kwam een voorstelrondje en de meesten bleken toch op een of andere manier betrokken gebleven bij de scheepvaart. Een van de dames vertelde zelfs dat ze vast was komen te zitten met haar zeilboot en ze gered moesten worden. De dame waar ik bij het 50 jarig jubileum mee had gepraat en die uit Salland kwam was er nu niet bij. Nee zij was nooit bij de scheepvaart betrokken geweest, vertelde ze toen, maar was geboeid geraakt toen ze op de MULO het verhaal van Sil de Strandjutter had gelezen. Zo kan het ook. Een van de genodigden kon niet meer komen en was net afgelopen week overleden. Voor de familie is er nog een foto van ons groepje gemaakt met de hand op ons hart als blijk van medeleven.

Toen was het tijd voor het uitstapje met de reddingboot. De opstappers hadden er plezier in om met de kleine boot te laten zien wat die kon. Het was opnieuw een geweldige ervaring. Na wat vishapjes en een drankje en een dikke bos bloemen in de arm gingen we na een rondje Urk weer richting Drenthe.

Een knipoog ….

Wim de Groot is de geestelijk verzorger van het Scheper ziekenhuis en af en toe schrijft hij over zijn ervaringen in ons Kerkblad Op Weg. Hij vertelde eens over een vrouw die te horen had gekregen dat ze ongeneeslijk ziek was en de verpleging had haar op de geestelijk verzorger van dit ziekenhuis attent gemaakt. Toen ze haar emotionele verhaal had gedaan en hij naar woorden zocht verscheen er een regenboog. ‘Kent u dat verhaal uit de bijbel?’, vroeg hij haar. Dat kende ze en ze deelden samen dat het een teken was dat God Noach niet in de steek zou laten…En haar dus ook niet.
Daarna vertelde ze dat er nog één ding was dat ze nog wilde afmaken. Tien jaar geleden was haar man ergens op de Veluwe onwel geworden en overleden. De sneeuw had hem bedekt en pas weken later werd hij gevonden. Ze had hem niet eens meer mogen zien. Ze had ook nog nooit de plek gezien waar het was gebeurd. Er was ook niemand die met haar mee kon. Daarop bood Wim de Groot aan om met haar mee te gaan, als zij de weg maar aanwees. Ze straalde. Zo gezegd zo gedaan. Op een middag reden ze naar Ermelo waar zij een bos bloemen kocht en ze gingen richting de plek. Maar ze wist niet precies waar het was. Toen kwam er een boswachter aan. Die kon zich het bizarre voorval nog wel herinneren en wist precies de plek aan te wijzen. Het heeft zo moeten zijn. Was het een engel? Ze legde de bloemen op de plek en samen baden ze het Onze Vader. Ze werden stil en, geloof het of niet: aan de hemel verscheen een regenboog! Een knipoog van God.
Daar bleef het niet bij. Enkele maanden later overleed ze en omdat ze niet bij een kerk aangesloten was, had ze hem gevraagd haar uitvaart te leiden en natuurlijk wilde hij dat. De uitvaart was in Ermelo want ze wilde bij haar man begraven worden. Het verhaal van Noach werd gelezen en stiekem hoopte hij dat God opnieuw een knipoog wilde geven. Het was triest begrafenisweer, het regende. En tegelijk begon ineens de zon te schijnen. En, geloof het of niet: er verscheen een regenboog! Hij kreeg er kippenvel van. Heel duidelijk, met zijn prachtige kleuren. En het was niet één regenboog, maar nog één er omheen! Een dubbele regenboog, en die zijn erg zeldzaam. Een teken van troost, zo besloot Wim de Groot, een geschenk uit de hemel. Een knipoog van God.

Opruimen…

Nee, het is niet alleen het voorjaar waar je onrustig van wordt in deze tijd. Maar een op handen zijnde verhuizing veroorzaakt ook veel onrust. Ik blijf om me heen kijken wat er uitgezocht of opgeruimd kan worden. Je houdt het niet voor mogelijk wat er alleen al op ons erf te vinden is, allemaal met zorg verzameld. Alleen is het mooie er nu wel van af en heb ik het een en ander al in elkaar geslagen en naar de aanhanger versleept. Een oppottafeltje, een paar oude vogelhuisjes,eenhalf vergaan vogelvoederhuisje , een groot karrewiel, ooit door Hilda van een mooi laagje verf voorzien. Het middenstuk is verrot maar de buitenkant met ijzeren band ziet er nog aardig uit en kan naar de Kringloop. We zijn al drie keer met spullen naar de Kringloop geweest en het einde is nog niet in zicht.  

Maar ook in verborgen hoekjes in huis kom ik van alles tegen. Toen ik dit boek tegenkwam dacht ik al dat het van vader Hein afkomstig was, aan de titel te zien: Het begon onder Melkenstijd. Een romannetje uit vroeger tijd? Niks geen romannetje. Het is een boek uit het laatste jaar van de 2e WO en geschreven door iemand die het van dichtbij meemaakte in de omgeving van Renkum waar in de buurt de Geallieerde landingen plaatsvonden in 1944. En ook niet van vader Hein. Voorin staan W van der Kolk in het nog jeugdige handschrift van Wim. Hij kan het nu nog even doornemen. Dan mag het naar Gerhard die nog steeds veel belangstelling heeft voor alles wat met de 2e WO te maken heeft.

Even…

Nee…. Vervelen doen we ons niet op ons plekje achteraf. Het leven komt en gaat en zo is het met de dagen. Het doet me denken aan Ben en Niesje die hier vaak waren als wij weer eens wat gepland hadden om er op uit te gaan. Dit hier was voor hen een uitje en tegelijk een rustpunt net als het voor ons nog steeds is. Zo hadden wij een weekje gepland rondom het concert van Andre Rieu op 12 juli  het Vrijthof. Dat hadden we van de kinderen gekregen toen Wim 70 werd.

“Wanneer gaan jullie precies op vakantie”, vroeg ik Mark aan het begin van  die zomer. “Hoezo?” “Nou….in Les Issambres wordt niet verwacht dat je een hond meebrengt. Wat doe je met Tessa en… Queeny? Is het de bedoeling dat wij oppassen? Dan is er nog jullie concert op het Vrijthof.” Daar hadden we nog niet over nagedacht.
Daar kunnen we niet met twee honden aankomen. En in de caravan laten? En aansluitend zouden we het leuk vinden om een weekje met de caravan te trekken.
Daar moest toch op tijd even over nagedacht worden. En dat nadenken was snel gebeurd. We vroegen gewoon Ben en Niesje of ze zin zouden hebben om een weekje of langer hier te zijn. Wim pakte ogenblikkelijk de telefoon. “O… prima “, zei Niesje. “we komen wel op die twee passen.” Toch gemakkelijk zo’n oppas op afroep. Ik voegde er maar meteen aan toe: ”De katten en de kippetjes en de pony’s krijg je er ook bij.” Nee daar zaten Ben en Niesje niet mee. Zolang er tenminste geen pups te verzorgen waren hadden ze hier aan het Schoolpad een echt vakantiegevoel.
Wanneer ze hier oppasten kwam Mark wel eens tussen de middag even aan en soms vond hij ze nog in duster en pyjama in de grote stoelen bij het achterraam met de honden aan hun voeten. En als ze dan ’s middags op de fiets stapten voor een rondje Emmen en een cappuccino bij Bertje kwamen ze helemaal tot rust.
Op deze foto zou je bijna denken dat deze poefs voor de honden zijn aangeschaft. Nee…ze hebben hun plekje zelf ontdekt omdat ze zo goed kunnen zien of hun baas er aan komt. Slimme dames die twee… ? Later werd het Storm en Queeny en nu alleen nog Storm die hier graag op de uitkijk zit. En wat is er trouwer dan een hond? Kunnen wij nog een voorbeeld aan nemen.

De Hormonen

Het is intussen kaal bij ons op het erf en dan bedoel ik niet wat betreft de beplanting maar het dierengebeuren. Sinds de vos twee jaar geleden de laatste kippen te pakken had hebben we geen nieuwe meer genomen. We zouden eerste een beter hok moeten aanschaffen en een afgesloten ren. Maar ik wilde juist helemaal vrije kippen en dat is toch meer dan 25 jaar goed gegaan.  Het verjongde vanzelf. Zelfs zo overvloedig dat we daar maatregelen voor moesten nemen. Zo hadden we er weer teveel toen Wim de eerste keer zijn heupoperatie had gehad en weer voorzichtig een rondje over het erf kon proberen.

Het kon nu echt  niet langer. Soms leek het hier een paradijs als je om je heen keek, dan liet de kippenfamilie zich heerlijk verwennen in het warme voorjaarszonnetje. Een genot om te zien. Maar schijn bedriegt. Zo ineens werd er aangerand en verkracht dat het niet mooi meer was. Een jong hennetje werd achterna gezeten door drie van de jonge hanen. Gillend en kakelend dook ze in de struiken in een poging om het geweld te ontlopen. Vier hennetjes en 5 hanen is ook geen combinatie.

Vader Hendrik had er geen grip meer op. Hij kon de jongens nog wel de baas bij het voer, dan leken ze redelijk onderdanig. Maar zo gauw het vaderlijk toezicht ontbrak begonnen de hormonen op te spelen en moesten de jonge hennetjes het ontgelden. Ik had al eens gemeld: wie een mooie haan wil mag hem komen halen. Niemand reageerde, alleen Rob. Hij had interesse in de gespikkelde haan die op vader Hendrik lijkt.

De honden bench stond eergisteren dus in de alarmstand, deurtje open, flinke hand voer er in, touwtje aan het deurtje die over de schutting hing en wachten maar.

De hele dag loopt het kippen en hanenspul rond te struinen maar voor ze zich klaarmaken voor de nacht wordt er meestal nog even ingeslagen. Dus ook die avond. Wim wilde net z’n rondje over het erf doen met de loopkruk en riep: ’De jonge hanen… ze zit d’r in… alle drie…’ Hij trok snel aan het touw en ik deed gauw het deurtje op de knip. Buurman Jans werd gebeld en binnen een half uur zat die bij ons aan de koffie. Even later deed Jans de handschoentjes aan en pakte de hanen een voor een om ze in zijn kippenbak te doen. Ik stond te griezelen bij dit tafereel van tegenstribbelende hanen. Ik weet dat Jans een diervriendelijke manier heeft om hanen te slachten zonder stress. Dat is hun enige troost. De gespikkelde haan heeft meer geluk. Die wordt straks bij een eigen stel hennen gezet bij Rob om voor nageslacht te zorgen

Toen buurman Jans de kippenbak met de drie hanen in de auto zette zei ik hem: ‘Ach Jans, doe mij een plezier en breng d’r straks ene naor je tante Jantina. Die is zo gek op een lekker jong haantje!’

Werken aan liefde?

“Zo zie je er anders niet uit”, zei een mede aqua jogster terwijl we na afloop van onze inspanningen in het bad een praatje maakten onder de douche Ik had opgebiecht dat ik in mijn 80e levensjaar ben. Zoiets mag ik graag horen en deed me denken aan een van de schaarse verwenmomenten wat jaren terug bij Salon Els.

“Nou… je huid ziet er nog goed uit. Ik zie helemaal geen rimpels of zo. Doe je je wenkbrauwen zelf… helemaal goed. O… en je wimpers hoeven ook niet geverfd”.
Ik was het verjaardagscadeau van de kinderen aan het besteden. Jazeker bij Salon Els.
Het werd een compleet verwenpakket. Het harsen was even wat minder, maar daarna kreeg m’n toen 65 jarige gezicht een echte opknapbeurt inclusief scrubben, masker en massage. Heerlijk!
Ze leerde me ook hoe ik me op een subtiele manier op kon maken en opgefrist kwam ik weer thuis. Dan denk je natuurlijk dat iedereen het aan je ziet.

Nee hoor… dat viel tegen. “Foi wat bu’j late”, sprak Wim die keer. En toen ik over de complimenten begon die Els over m’n gezicht zei, voegde Mark er aan toe: ”Je was er zeker voor de eerste keer…. Klantenbinding hè”. Met dat stel …. daar moet je nou de oorlog mee winnen. Maar ik zie het zelf wel en ik ga beslist over een paar maanden nog eens, bedacht ik me toen.
Die zomer waren we daarna op camping De Boomgaard. Johan en Joke waren net  terug van hun weekje Beieren. Joke had de koffie al klaar en vanuit de tuin zwaaide ze met iets wits om ons te roepen. “Kiek es an. Dee zwaait al met de witte vlagge”, zei Johan gevat. “Dee gif zich aover”. Ik kreeg voor m’n verjaardag zelfs nog een prachtige Mexicaanse stenen eend voor in de tuin. Ik bedenk nu dat die eend zeker mee moet naar onze nieuwe woonplek straks.
Er liggen altijd tijdschriften in de recreatieruimte. Ook het blad ‘Vrouw in de regio’. Er stond een aardig artikel in over relaties. Marga Jansen geeft workshops aan stellen: Werken aan liefde.
Nou heeft onze relatie al heel lang stand gehouden èn met plezier, gevormd door lief èn leed maar soms denk je dat er misschien méér uit te halen valt. Dus las ik Wim wat tips voor. Misschien hebben jullie er ook wat aan:
-Kijk elkaar regelmatig in de poppetjes van de ogen.
-Maak door de dag heen lichamelijk contact: aai over de bol, arm om de schouders
-Geef eens een compliment, ook voor vanzelfsprekende zaken.
-En het allerbelangrijkste: maak tijd voor elkaar.
Die eerste twee ….daar had hij geen moeite mee!

Naar Rowena Laing

Ja mag natuurlijk best een leuk schilderij naschilderen. Je moet alleen er bij vermelden dat het naar een schilderij van, in dit geval Rowena Laing, is geschilderd, Ik kocht deze kaart van haar ooit in Schotland en bleef op deze manier de Schotse sfeer proeven.

Zoals je ziet hangt deze op dit moment op de schoorsteenmantel.

Rowena Laing

Tijdens onze vele tripjes naar Schotland ontkom je er niet aan. Elk Visiter’s centre heeft ze: kaarten in alle soorten. Lang dacht ik dat een haggis een soort stekelvarken was die op sommige kaarten stond afgebeeld, rennend van de berg af. Tot ik er achter kwam dat het een ‘delicatesse’ was, een schapenmaag gevuld met allerlei slachtafval. Kennen wij niet de zure zult (heufdkäze genoemd), de balkenbrij en de bloedworst. Mits goed klaar gemaakt allemaal  erg lekker. Op de Boomgaard heb ik nooit bloedworst gehad na de slacht. Ik vermoed dat pa er niet gek op was. Toch vind ik het goed te doen met een plak goudrenet er op. Maar behalve de Schotse lekkernijen zag ik er helder gekleurde kaarten van een Schotse schilderes die ik bewonder: Rowena Laing. Jaren geleden kocht ik wat kaarten met kleurige afbeeldingen, allemaal met schapen, Schotse heuvels  en felle kleuren. Ik schilderde er zelfs eentje na. Moet je eigenlijk niet doen want je moet een eigen stijl ontwikkelen. Op dit moment hangt die zelfs voor de schoorsteenmantel. Tja… de eland is voor de winter en dit soort schilderijen  geeft meer voorjaarsgevoel.

En nu…? Vriendin Dineke vond er eentje van deze Rowena toen ze met haar Schotse vriendin in Schotland was en stuurde die. Geweldig, ik was weer helemaal terug op een van onze tripjes door ons geliefde Schotland.. Met dank aan Dineke…

Nederland- Vlaanderen

Er is een Blog in Bloggenland: Nederland -Vlaanderen. Het leek me interessant om eens te bekijken. Helaas is het niet weer terug te vinden.
Ik was natuurlijk benieuwd hoe de indeling van de streekdialecten officieel in elkaar zitten.
Nou! Ik schiet er nog niet veel mee op. Volgens mij loopt die grens niet zo… er is helemaal geen grens, behalve als er een rivier tussen zit. Mijn geboorteplaats Vorden zit op de rand van Neder-Saksisch en Hollands- Saksisch. En mijn taal heeft behalve het Vordens ook klanken en woorden zoals opoe die gebruikte. Zij was afkomstig uit Voorst. En Hattem, waar Wim geboren is, ook… alleen wat noordelijker. Toch is er behoorlijk verschil tussen beide dialecten.
In de Achterhoek he’j de hande in de tesse, in Twente waar we ook 15 jaar gewoond hebben stonden ze steeds met de haande in ’n tuk en in Drenthe hebt ze de haande in de buze.
Zo was ik in mijn jeugd eens op bezoek bij de fam. Coenen in Groesbeek. Zij hadden als gezin aan het eind van de oorlog maandenlang op de Boomgaard gebivakkeerd toen de geallieerden optrokken langs Nijmegen. Vader en moeder Coenen met de kleinere kinderen sliepen in een speciaal voor hen ingerichte kalverstal. De grotere kinderen bij Memelink van de Klompenmaker. Er is altijd een warm contact gebleven. Ook nadat Hanna, vader Heins eerste vrouw, overleed en wij een paar jaar later op de Boomgaard kwamen wonen. Toen ik ouder werd logeerde ik daar een dag of 4 en de eerste dag toen ik met de hele grote familie, 10 kinderen, aan tafel zat kon ik ze echt niet verstaan. Hemelsbreed is het niet eens zo ver maar ja… de Oude IJssel zit er wel tussen. Bovendien ligt Groesbeek tegen de grens met Duitsland aan. De tweede dag ging het beter en daarna kon ik ze goed volgen, mooie streektaal.
In een filmpje op deze Nederland-Vlaanderen site vroeg een Vlaamse schone in Groningen naar een beenhouwer, even later naar een dampkap en wat er inderdaad bij die slager besteld werd … daar snapte die helemaal niets van. Ik ook niet.
Toen ik jaren terug met Diny in Antwerpen was, zag ik nog net vanuit de bus in het voorbijgaan het opschrift Droogkuis bij een Chemisch Reinigen Depot. En op een camping vertelde een jongetje aan neef Berend: ’Zijde ge ook met de plooiwagen?’ We kunnen nog veel van elkaar leren.

Nog even een paar Achterhoekse:
Met één horloge um de pols we’j hoo late ’t is;
doo’j d’r twee umme gao’j twiefelen.

“Da-s mooi”, zae de spinnekop tegen de vlege,
“da’j d’r efkes in komt!”

“Dee hef meer varve op ’t gezichte
dan bi’j ons op de achterdeure zit!”
(gezegd van een heftig opgemaakte vrouw)

Foto: De Lindese Molen, heeft lang dienst gedaan, nu is het een plek waar culturele optredens te beleven zijn.
TOM: Theater Onder de Molen