Hetty Site

Memories 3

De taken waren goed verdeeld bij de organisatie van die brugklaskampen. In de loop der tijd waren er tenten en kookgerei aangeschaft en Wim Többen  had daarover het oppertoezicht. Verder was er voor de mentoren een grote rol weggelegd, want die zorgden voor het programma. De mentoren kregen een paar uur vrij geroosterd om van te voren de tenten te gaan opzetten. Ze mochten een hulpje uitzoeken om hen te ondersteunen bij alle voorbereidende werkzaamheden en tijdens het kamp zelf. Voor de leerlingen waren er driepersoons tenten en er was een grote tent als verzamelpunt waar ook de leiding sliep. Toen ik meeging hadden we net ons eerste caravannetje, het Knausje, en die ging mee. Wim kwam ’s avonds ook gezellig meedoen en sliep dan ook op kamp. Die tenten…… het was nog een hele toestand om die fatsoenlijk op te zetten. Ik was natuurlijk niks gewend en kwam geradbraakt weer thuis.
Die brugklaskampen besloegen een hele week. Er waren twee groepen. De mentoren van de eerste groepen zorgden voor het opzetten van het kamp en die van de tweede groep voor het afbreken.
Maar dan begon het feest. Zo’n kamp was bedoeld om aan elkaar en de school te wennen. Op de fiets naar “De Hunzebergen“ in Borger met een stel brugklassers is niet niks, vooral omdat je ze nog niet kent. Ze zwiepen eerst alle kanten op. Dat zie je dan voor je gebeuren, want ik fietste meestal achteraan. Ik had graag John Wolters of Tonny Tibben bij me. Ook met Leo of Joop kon je goed samen op pad. We lieten het stelletje ongeregeld na de eerste oversteek al stoppen en dan werden ze toegesproken: twee aan twee, en bij de fluit achter elkaar—tegenliggers!!–. Daarna waren het nog maar enkelen die nog uit de band sprongen. Vaak gingen we onderweg nog wat ondernemen zoals een bezoekje aan het onderduikershol en aan de schaapskudde. Dan werden de dagen gevuld met spoorzoeken, zwemmen, kanoën, een bezoekje aan het grote hunebed met spannend verhaal van Leo, het douanespel met de smokkelaars en ’s avonds in het donker het dierengeluidenspel. Tussendoor werd er in de plaatselijke supermarkt per tent ingeslagen wat ze nodig hadden om in leven te blijven, want ze moesten zelf koken. Ze kregen per tent 25 gulden voor twee dagen.—eind jaren 80– Ik heb zulke leuke herinneringen aan dat koken. Op school hadden we al besproken wat ze op hun boodschappenbriefje konden zetten. Ze leerden elkaar kennen…ze moesten immers samenwerken. Bij iedereen at ik een klein hapje mee.  Wij hadden na zo’n kamp wel door wat voor vlees we in de kuip hadden. Rieks Reuvers was meestal het opperhoofd van de keukentent, het rustpunt van alles. Dat was onze stek. Daar kwamen de jongens met hun vragen en om ’s morgens brood boter, jam en hagelslag te halen.
Tijdens de LTS tijd vond ik de kampen geweldig, maar na de fusie ging alles anders. Er werd op tijd en geld beknibbeld en het werd veel massaler. Jammer! Maar mooie memories…

Na 1990 kregen we na de fusie vbo-mavo, havo en vwo klassen en dus ook meisjes!