Hetty Site

Nötten

‘Ja die nötten kö-j meenemmen’, zei ik tegen Karin toen ze op het punt stond om naar huis te gaan. Het is een overvloedig notenjaar en tijdens de koffie buiten op het bankje had ik aangeboden dat ze er rustig wat mee kon krijgen. Ik had ze in een plastic zak klaargezet. ‘Wat zeg ie?…. nötten, wat bunt dat?’ Ik wees op de zak… ‘Dat wou je toch graag. Hoe nume jullie ze dan?’ Ze lachte: ’Oooh… wi-j nuumt dat neuten’. Tja… verschil mag er wezen. Ik blijf met mensen die hier Drents spreken ook mijn Achterhoeks gebruiken en dat geeft een band. Ach… bij mij zit er intussen ook wel wat Veluws van Wim door en ook wat Twents uit onze tijd in Hengelo. Ook hier zijn de dialecten afhankelijk van de plek waar je woont. Toen we net in Emmen woonden en ik als vrijwilliger bij de Alfabetisering mijn best deed  werd ik in Klazienaveen en Zwartemeer geplaatst. Emmercompas ligt wat meer op Groningen aan en daar klinkt het Kanaols, zoals ze het hier zeggen. Ach, het maakt mij niet uit, ik begrijp alle dialecten hier in de omgeving, maar het gewone Drents vind ik prachtig, klinkt heel warm en vloeiend. En toch… als ik weer in Vorden kom en naar de gesprekken en de zo bekende tongval in de supermarkt luister voel ik me pas echt thuis. O ja, we hebben intussen twee flinke manden met nötten en ook nog twee dozen vol om de winter door te komen. Volgens de overlevering zou je een strenge winter krijgen als in de herfst blijkt dat het een goed vruchten- en notenjaar is geweest. Maar Daniel Lohues meldde in zijn zaterdagse column in het DVHN dat het niet bewezen is.

Foto: De notenboom, midden, die bij onze komst in 1994 nog maar een heel klein boompje was, is nu uitgegroeid tot omvang en hoogte van de eik links op de foto die aan de achterkant van ons huis al bijna 100 jaar of meer op de grens met het land van de boer staat.