Al 26 jaar in dienst van de EMCO.
‘Hij promoveert die boer wel aardig’ zegt Wim terwijl we samen naar het programma van Max kijken waarin Erben Wennemars een boer in Son en Breughel bezoekt die begonnen is met waterbuffels. We kijken elkaar aan. Hier klopt iets niet en we schieten allebei in de lach. Hij bedoelde natuurlijk ‘hij promoot die boer’.
Het Nederlands hangt van geleende woorden aan elkaar. Zou promotie uit het Frans komen net als trottoir, portemonnee en paraplu. In Vlaanderen zijn ze trouwer aan het oorspronkelijk Nederlands, misschien wel als tegenhanger van het Frans in Wallonië. ‘Zijde ge ook met de plooiwagen?’, vroeg eens een jongetje aan Berend toen ze ergens in Luxemburg op een camping stonden. Mooi woord toch dat plooiwagen voor een kampeermiddel dat wij vouwcaravan noemen. Ook verzekerde West-Vlaamse vriendin José ons pas nog dat ‘kuisvrouw’ echt in de van Dale staat.
En dan hebben we het nog niet eens over de geëigende uitdrukkingen per streek. Ik hoorde in de serie ‘Petticoat’ een Groninger arbeider antwoorden op de vraag hoe het met hem ging: ’t Kon minder’. Het zou wat dat betreft ook een Drent kunnen zijn. Rick antwoordt al jaar en dag op de vraag of hij zin heeft in een kopje koffie:’Mag wel’. Die is al aardig ingeburgerd hier in Drenthe. Hij heeft het er wel eens over dat hij wel in de Achterhoek zou willen wonen. Dan moet hij opnieuw wennen aan het Achterhoeks en zijn aparte woorden wanneer hij daar in de plantsoenen gaat werken. Daar moet je ook niet te veel ‘babbelegoegies’ hebben. Hij kan natuurlijk eerst de Achterhoekse Spreukenkalender nog bestuderen. Het scheelt vanzelf dat hij 49 jaar geleden in Aalten geboren is en bovendien heel wat Achterhoekse familie heeft.