Hetty Site

Een dagje ‘vroeger’.

Vandaag bezochten we Gerke die sinds een aantal maanden in het verpleeghuis Mariënburg in Soest woont. Thuis werd het te zwaar voor Wim om haar te verzorgen naast de hulp van de Thuiszorg. Ze begint nu te wennen. Ze hoeft zich ook niet te vervelen. Er gebeurt zoveel dat ze er wel een boek over kan schrijven, vertelde ze. Iedere bewoner heeft zijn of haar eigen verhaal. Wim stond ons al op te wachten bij de deur. Binnen sprak meteen een bewoonster me aan: ’Ik heb alles bij me’, zei ze. Dat zouden we die dag nog vaker horen, een lief mensje, maar een eind weg.

Gerke is gelukkig goed bij de tijd, haar handicap is vooral dat ze niet meer kan lopen. Haar Wim is afgelopen zomer 80 geworden en zijn ze als familie naar de Flevohof geweest en hebben dat thuis verder gevierd. De meisjes zorgden voor het eten. Wat vonden ze dat een mooie dag. Hermine heeft een fotoboekje laten maken met heel veel mooie impressies van die dag. Zo zie ik de kinderen en kleinkinderen weer eens nu ze al zo groot zijn.

Gerke en ik zijn samen opgegroeid, onze moeders waren zussen, bovendien leken ze qua karakter ook nog erg op elkaar. Altijd leven in de brouwerij met die twee.

‘Wat weet jij nog over onze jeugd als je bij ons kwam?’, wilde Gerke weten. Toen we nog op de Haar woonden was ik vaak op zondagmiddag bij hen. ‘Dan gingen we met je vader de ‘groenkopjes’ voeren in het Vordense bos. En hij wist cantharellen te staan in de herfst en die plukte hij dan’. Tante Hermien bakte die later op de middag op met een uitje. Ja, Gerke weet het ook nog.

 ‘En dat ik bij je sliep toen mama naar het ziekenhuis was voor de geboorte van onze Johan. We waren toen al 10 jaar. Tante Aart paste op ons want je ouders gingen die avond op visite. We maakten er een rommeltje van in het grote bed, de dekens hadden we al giebelend losgetrokken. En toen kwam tante Aart. Jij schoot helemaal in de paniek.

‘O o… straks slaat ze ons voor de blote kont’, zo dacht je.’

Het viel mee. We trokken de dekens weer wat recht en sliepen als roosjes. De volgende morgen om 6 uur ging de telefoon: Je moeder pakte die op en we hoorden haar stemmetje: ’O, een jonge zoon, 10 pond en een ons.!! Foi toch! Alles goed?’

Gerke weet het ook allemaal nog. En zo halen we meer herinneringen op. We zitten in het restaurant en krijgen een lekkere lunch. Keurige verzorging hier. Ook de nog zelfstandig wonende bewoners van de appartementen die naast Mariënburg staan eten hier vaak, brengt ook gezelligheid mee.

Voor ons nichtjes was het een dag met een gouden randje. En onze beide Wimmen vermaakten zich mee, want we kennen elkaar al sinds onze verkeringstijd. Voor haar Wim was het een eerste kennismaking met het leven op een boerderij met koeien en paarden. Er ging toen een wereld voor hem open als stadsjongen uit Rotterdam. Hij maakte graag gebruik van een van de paarden op de Boomgaard om op te rijden voor Diny ermee naar de rijvereniging ging. en ook op het paard van ome Wim in de Wildenborch. Ik vermoed dat Gerke ook moe was toen we de deur weer uitgezwaaid  waren. En toen het eenmaal wat rustiger op de lange weg naar huis was, vielen mijn ogen ook even dicht.

Foto: In de tuin bij de fam. Aartsen met nichtjes en neven van de familie en een vriendinnetje. Gerke en ik rechts. Ik denk 1960 of 61.