‘En wat dan?’, vroeg Robin indertijd aan onze gids die in hem een enthousiaste bezoeker vond.
Robin was een jaar of 10 en was met ons aan het kamperen op camping De Boomgaard. Hij kende het lied van de Grolse Hofzangers, een ode op de Achterhoek, al uit z’n hoofd en nu dan leerde hij wat meer over de streek waar zijn oma opgegroeid was.
De gids liep nu met ons op de deel van de boerderij De Lebbenbrugge en vertelde over de verschillende methoden om ongedierte kwijt te raken. Dit was een bunzingval. Wanneer de boeren last hadden van dit soort ongedierte werden ze toch een soort uitvinders. Dat snapte Robin wel, maar wat dan, wat doe je ermee als de bunzing eenmaal gevangen is.
De beste man keek Robin eens aan en zei: ‘In de plomp ermee’. Dat was duidelijke taal.
