Hetty Site

Scheuveln

foto Jan Hendriksen

Artikel in de Stentor:
RUURLO – De grachten rond kasteel Huize Ruurlo vormen een perfecte locatie om de schaatsijzers onder te binden. En dat deden Ruurloërs ook, hoewel er geen baantje van vierhonderd meter ligt. Oudejaarsdag en ook gisteren gingen velen hier even het ijs op.
Dit leverde ook een schitterend winters tafereel op. Alle gesteggel over de locatie van een natuurijsbaan die Ruurlo de afgelopen week in zijn greep hield, werd zo naar de achtergrond verdrongen. Wat er nog ontbrak was een koek- en zopietent. Hoewel? De Ruurlose families Schouten, Reinderink en Brands hadden oudejaarsmiddag met hun kroost daar wat opgevonden. Een gasbrander verwarmde de glühwein en de chocomelk. Er werd zelfs al even geproost op Nieuwjaar.

Mijn eerste schaatspoging deed ik samen met Diny op het ondergelopen stukje weiland voor de boerderij op van die houtjes die met band om je laarzen vastgebonden werden. Het viel niet mee. We kregen een keukenstoel mee om niet steeds te vallen. Toch leer je het er aardig mee. Ik voel nog wel m’n ijskoude vingers wanneer je steeds die banden strakker moest trekken.
Later gingen we naar de Kranenburg naar de ijsbaan of naar de gracht bij een van de kastelen. Ik zie nog zo die dikke goudvissen voor me die waren vastgevroren in het ijs bij de Kieftskamp.
Bij Kasteel Vorden was meer te beleven en later wanneer ik in het weekend bij Gerrie in de Wildenborch was bleken daar de grachten bij kasteel de Wildenborch een prima plek om ons op de schaats uit te leven.. Hier schaatsten vroeger ook de ooms en tantes uit de tien kinderen tellende Egginks-familie. Volgens mama was tante Mies de sportiefste van het spul.
In Hengelo leerden onze jongens de eerste beginselen. Vooral Gerhard was behoorlijk fanatiek. Nu heeft Robin voor het eerst de schaatsen onder en geniet van een echte winter.
Of ik nog schaats?…..Ik? Nee, ik waag me er allang niet meer aan. Wim begint ook meteen over z’n slechte enkels. De nieuwe generatie is aan de beurt.
Toen we in Emmen kwamen wonen heb ik de eerste paar jaar vrijwilligerswerk gedaan bij het Alfabetiseringswerk in Zwartemeer. Er was één jongeman bij die de puntjes graag op de i wilde leren zetten bij de spelling van het nederlands. Hij was zoveel vergeten. Hij kreeg individueel les van me in het Buurtcentrum. Die eerste winter was er ook ijs. Hij had plannen om te gaan scheuveln. Ik had dat Drentse woord voor schaatsen nooit gehoord, maar het klonk wel leuk.
Toen hij de deur uit ging wenste ik hem dan ook veel plezier bij het schuveln. Stomverbaasd moest hij lachen. “Schuveln doe wij op de dansvloer, maar ik denke da’j scheuveln bedoeld.”