Hetty Site

Stormpie

‘Ach… ik noem hem al Storm’, zei fokster Corrie 3 jaar geleden toen we een hondje kwamen uitzoeken. ‘We hebben ook al een Twister in de familie’. En zo is het Storm gebleven.

Een van de bijzondere kenmerken van velen uit de Achterhoek is dat hij de huig r gebruikt, de r die je laat rollen achter in de keel. Probeer maar eens. Ik had er geen idee van toen ik mijn opleiding deed op de Kweekschool. Daar kregen we ook les in ‘spreken’. En toen kwam het. Ik had inderdaad de Achterhoekse afwijking, de huig r. We zouden eigenlijk allemaal de volgens onze leraar gewone ‘tongpunt r’ moeten leren gebruiken. Dus kregen we een oefening. Door heel vaak en snel achter elkaar het woordje ‘werken’ te gaan zeggen. Dat moest je dan door steeds maar vlug ‘weddeken’ te zeggen. Ik oefende wat ik kon maar het werd geen tongpunt r. Ik leerde er mee leven, net als mijn omgeving. Niemand merkte ook maar op dat ik een zgn huig r gebruikte. Ik meen dat de Zwollenaren er ook om bekend staan. Toen ik in Hattem woonde hoorde ik wel eens de zin als het accent van de Zwollenaar ter sprake kwam: Za’k oe es een verrotte proeme in de nekke draejen. Inderdaad met een brouwende overdreven rollende huig r.
Bij mij viel het blijkbaar niet op. Zo hoorde ook niemand iets bijzonders wanneer ik Storm riep. Ach en als ik hem heel liefdevol wel eens Stormpie riep, viel niemand iets bijzonders op. Tot vorig jaar Gerard en Jetske met hun kinderen en opa Ben bij ons kwamen kamperen. Zij hadden ook hun hondje bij zich, een schatje. Ik riep ook Storm er bij en riep: ‘Storm….Stormpie’. ‘Hoe heet die hond’, vroeg Linde heel verbaasd. ‘Stompie’? Heel even dacht ik weer aan mijn oude leraar Spraakverbetering van 58 jaar geleden.