Hetty Site

Ze knapt ‘r zowat uut.

1985–In Karinthië met de Renault 14 bij ons gehuurde chaletje. Hier sprak Rick tijdens een 2-daagse bergwandeling, na mijn kreet toen Gerhard balanceerde op een steen vlakbij een afgrond, de beroemde woorden: "Dan is Gerhard in de hemel…. en dan kan ik in z’n tent!"
Gerhard ging toen met de trein en kampeerde met Ipe, Renny, Monique en Ilse op het jeugdtentenkamp op dezelfde camping. Links staat Mark en Rick leunt tegen de auto! Wim lijkt Mark instrucie te geven en de rest is fam. van der Deen, die ons uit komt zwaaien, want wij vertrekken! Gerhard slaapt nog! (ja…in z’n tent)

Toen we naar de Marnixstraat verhuisden waren we toe aan een andere auto en via een kennis kwamen we aan een Peugeot. En dat was geen succes. Na een half jaar zakten we bijna door de carrosserie. De Franse auto’s waren in die tijd nogal roestgevoelig!
We hadden gelukkig nog wat achter de hand en kochten onze beroemde lichtblauwe Datsun. Dat was een perfecte auto voor ons, hebben we veel plezier aan beleefd. Zelfs Auvergne hebben we er mee gehaald, onze eerste Franse vakantie met Dick en Anda.
Toch kwam er een moment dat we stomend in Almelo tot stilstand kwamen met een lekke koppakking! Jawel….in de Lekstraat! We waren op weg naar Hattem, maar dat ging dus mooi niet door en we gingen terug naar Hengelo terwijl we een paar noodstops moesten maken bij benzinestations om water bij te vullen.
Het werd duidelijk dat deze trouwe Datsun een revisie nodig had. Die kreeg-t-ie.
Toch gingen we wat later voor een prachtige groene Renault 12 stationcar. Die was van vrienden van Dick en Anda geweest: Edmund en Maran. Wat een ruimte zat daar in. Drie jongens en de hond konden er met gemak in.
Helaas….daar hebben we niet lang plezier van gehad. Tijdens een herfstvakantie in Badenhard lag er waarschijnlijk ergens olie op de weg en we schoten op een gegeven moment rechtdoor in een bocht tegen een VW busje aan. Schade 5000 gulden. Ik zie nog een oude man in Urbar verbijsterd staan kijken en die liet z’n stompje sigaar uit de mond vallen toen we met de ingedeukte auto voorbij kwamen rijden!
Daarna kwam de Renault 14. Die was ook precies geschikt voor ons.
Maar…de jongens groeiden door en toen we eens op een vakantie in Karinthië waren en Ben en Diny ook van de partij waren bekeek Diny de volgepropte achterbank eens en zei: "Ze knapt ‘r zowat uut!"
We hebben de jongens toch nooit horen klagen, want ze waren gek op auto rijden! Ze telden de auto’s van bepaald merk of kleur en zongen er lustig op los! Bovendien ging er altijd een stapel Suske en Wiskes mee!
Gek dat ze nu nooit meer zingen.