Hetty Site

Na 30 jaar….

Géke van Jan was in hun verlovingstijd vaak bij de Harwigs te vinden. Hier wonen ze nog aan de van Hasseltstraat in Zutphen en Diny en ik hebben er wel eens gelogeerd.- ja met die gerute rökskes- Jaap en Hennie zijn er ook bij. En de teckel Wiesje, de oogappel van de familie. Johan woonde toen al op ’s Heerenloo in Ermelo. Jan maakt hier de foto.

We hebben nog een vrije dag tegoed die voor a.s. vrijdag besteed moet worden bij de NS. Ik had bedacht om vandaag Jan Harwig eens op te zoeken die immers dacht dat hij nooit meer iets van een Eggink zou horen laat staan zien! Maar Jan reageerde meteen op mijn mail en meldde dat hij dit weekend in Odijk bij zijn vriendin doorbrengt.
Even later belt hij en we hebben de 30 jaar die tussen onze contacten liggen eens doorgepraat. Zijn stem en zelfs de klankkleur zijn hetzelfde gebleven. Hij vertelde over het verlies van zijn zoon, Geke en z’n kleindochter. De laatste keer dat we elkaar zagen was bij mama toen die al erg ziek was.
Hij heeft ook Hendrik Jan langer meegemaakt dan ik en ik vroeg hem er naar. Hij moest lachen. Hij vertelde dat Hendrik Jan een hekel had aan vloeken. Ieder keer dat Jan zo’n dubbele knup uitte werd er iets van gezegd:”Ie-j mot neet vluuken, Jan”. Jan kwam in die tijd vaak op de Haar.
Op een keer was Jan er bij dat Hendrik Jan iets aan het timmeren was. Hierbij sloeg die zich keihard op de duim. Toen kwam er ineens een grondig g v d uit z’n mond. Hierop zei Jan: “Ie-j mot òk neet vluuken Hendrik Jan”. Waarop die antwoordde:”Maor noe mag et!”
Jan sliep op De Haar vaak in het kippenhok vlakbij huis. Ik neem aan dat daar geen kippen meer inzaten want die zaten verderop in een ander kippenhok vlakbij het spoor. Daar was ook een leeg gedeelte bij, waar eikenhouten planken bewaard werden. Op een dag was oom Sjoerd komen waarschuwen dat er een razzia gehouden zou worden in Vorden en die nacht zou Hendrik Jan daarom in het lege stuk van dat kippenhok bij de spoorlijn slapen. Hij vond dat geen prettig idee zo alleen in het donker. Hij vroeg of Jan met hem mee ging. Zo hebben die beiden de nacht doorgebracht in het stro dat ritselde van de muizen en wat misschien nog meer.
Ach … even stond de tijd voor ons beiden stil.