Hetty Site

Opa’s reis 3 –Op zee.

De baby aan boord die zo op Dina leek.

Een beetje koorts onder de gasten. Een deel zal met de White Star boot gaan. Ik denk: de volgende is voor mij en maak me gereed. Een hoteljongen pakt me bij de mouw en zegt: “Ai tel joe wo joe go”. Goed …ik ga zitten en heb geduld. Dit was het eerste engels dat ik direct begreep. Eindelijk komt mijn beurt: Aurania.
Zondagmiddag 1 uur
Ziezo, de treinreis achter de rug, de controle door en nu zit ik in de hut die een week minstens mijn woning zal worden. Ik heb halverwege Londen- Southampton nog weer een kiek gemaakt, maar de trein reed zo hard! Het zal me benieuwen of ’t wat geworden is.
En nu de indruk van Londen Ik kan het niet best vatten; een beetje boven mijn begrip ging ’t wel. Het Oost station dat ik gezien heb, heeft een overkapping van minstens 2MT.
Vanmorgen 9 uur zijn we uit Londen vertrokken, om 12 uur waren we over en om half twee gingen we in zee. Goed weer. Bij het nazien van mijn papieren ontdek ik dat ik de treinkaart Quebec- Spencer kwijt ben, een geval dat me 46 dollar had kunnen kosten.
Ik in de hut, met het taalboek voor me, schrijf hierover aan de steward. Ik geef de hutjongen mijn brief. Ja… hij kon het wel lezen en wilde zorgen dat de letter bij de steward kwam. Een halve dag later komt de hutjongen me mèt de steward opzoeken: Trevvel tikket lost?” Ik zeg:”Jes mister, in Southampton.” “Next moorning joe get joe tikket.” Een dag later wordt het me op het dek aangereikt. “Nicht meer verlieren.” Ze zagen me misschien voor een Duitser aan.
Ik hoop dat het mijn huisgezin goed mag gaan en ook vooral dat Dika mag blijven beteren.

Zondagmiddag half 3

Helder fris weer. Heb drie kiekjes gemaakt, één aan het einde van de boot waar de schroeven het water zo geweldig laten koken dat het een paar honderd meter terug nog de gewone golfslag niet weer heeft, één terzijde waar ’t water nogal nijdig is door ’t geweld van de boot en één van dek no 2 waar een groepje op een bankje zat met een kinderwagen er voor, waarin een baby lag die goed op Dina leek. Dit dek is er zowat drie meter boven. Een jonge matroos, die zag wat ik wilde, kwam vlug bij me en hield zijn pet boven de camera om de zon te weren. Zo vind je overal mensen waar je in je hart van blijft houden
Er was nog een hoger dekje, maar toen ik daar met een Engelsman op was geklauterd begon onder mij één van de officieren zo te foeteren dat we maar vlug naar beneden haspelden.
Nu zie ik in de verte het laatste restje van Engeland. Het water is niet erg lastig. Van waar ik nu zit, een 40 m van ’t eind van het schip, kan ik het zowat begroten. Het rijzen en dalen maakt misschien een meter verschil. Hoe is dat nu met die golfbeweging? Je kunt een golf nooit lang vasthouden, dan duikelt hij weer onder en op elke golf zijn nog weer kleine golfjes die een apart leventje hebben. Dat leven is dan wel niet zo lang soms, maar dat is tot daar aan toe.
Ik geloof dat een zeereis voor mensen die overspannen of overwerkt zijn de beste medicijn is. Als je rustig zit te kijken naar dat maar nooit rustende water… dan voel je in je hoofd iets als een weldadige ontspanning. Maar nièt uit te maken is of de zee mooi of lelijk is. Als een mens geen bijzondere zorgen heeft dan kan de zee niet anders dan schoon wezen. Maar ’t is onwezenlijk, want het volgende ogenblik als je ergens over piekert of zo, dan is alle mooiigheid er af. Ondertussen is onze aarde toch maar een potsige bol. Dat het een bol is kun je op zee met een half oog wel zien. Ik vraag me alleen af wat we toch met al dat water moeten doen? ’t Is eigenlijk niets dan water met hier en daar een stripje land.
Aan dat niets dan engels horen ben ik al gewend, al kan ik het zelf dan nog niet. Als je een engels woord zegt dan schrik je van je eigen woorden. En wanneer je weer in je eigen land bent, hoorde ik een mevrouw op de Batavier zeggen, dan vind je het weer raar om de Hollandse taal weer te horen. Aan alles went een mens.

9 uur ’s avonds.
Voor ik naar bed ga wil ik iets schrijven over die meeuwen. Ze zijn ons nu al nagevlogen vanaf Southampton. Wondere dieren, want ze moeten wel doorvliegen. Als ze willen rusten op het water, blijven ze achter. Ze hoeven de vleugels haast niet te bewegen, dan kunnen ze al meekomen. Ze vliegen mee, geloof ik, omdat ze weten dat door die geweldige beweging die de schroeven in het water maken de visjes in dat zog naar de oppervlakte komen, misschien ietwat bedwelmd denk ik.
Als ze er één hebben gepikt gaan ze op het water zitten en eten het visje uit hun pootje op. Even later zijn ze er al weer. Ze zijn heel tam. Tot een paar meter boven je hoofd scheren ze rond. Ik geloof dat er wel honderd zijn. De meeste zijn wit met een staalkleur en donkere vleugelpunten, maar enkele zijn ook donkergrijs.
Er zijn maar 60 derde klas passagiers. Hiervoor zijn zes tafels in gebruik met elk een eigen bediende. Overal liggen de spijslijsten op tafel en dan komen ze vragen wat het wezen moet. Steeds drie gerechten, maar als je potatos met meat bestelt krijg je een paar aardappels met veel vlees. Mij dunkt het is niet goed de mensen zo te verwennen.
===============================================

There’s a little bit of hectic under the guests. A part of them will travel with the White Star boat. And I thought I will be next. A hotel boy took my arm and said:” I tel joe wo joe go.” Allright… I sit down and had patience. This was the first time I understood the English words. At last it was my turn: Aurania!

Sunday afternoon
So I went by train, through the control and I’m in my cabin now, what will be my house for at least a week. I tried to make another picture in the train between London and Southampton, but the train drove too fast.
At 1.30 we were at sea already. Good weather.
I was looking at my papers and I missed the train card Quebeck- Spencer. It could have cost me 46 dollar. In my cabin with the dictionary before me, I wrote a message to the steward. I gave it to the boy. Yes… he could read it and promised me he would give the letter to the steward. After a few hours the boy returned with the steward: ”Trevveltikket lost?”. “Jes mister in Southampton”, I said. “Next moorning joe get joe tikket.” After another day it was handed to me “Nicht meer verlieren.” Perhaps he thought I’m a German.
I hope my family is doing well and especially that Dika will be better soon.

2.30.
I took 3 pictures, one at the end of the boat where the shrews are so powerful…its just like boiling water so it takes a few hundred meter before the wash of the waves is normal again. One picture of deck 2 where a group is sitting on a couch with a pram with baby which just looked like Dina. I’m on a deck about 3 m. higher. A young sailor saw what I planned to do and took his cap and held it above the camera to keep the sun out. So everywhere you can find people you like.
There was another higher deck too, a small one. But when I had clambered on it together with an Englishman, one of the officers beneath started grumbling at us, so we quickly went down again. Just far away now I ‘m seeing disappear England. The sea isn’t very heavy yet. I’m sitting about 40 m. from the end of the ship. The rising and alighting makes a difference of about 1 meter. How is that movement going. You never can keep a wave long, than he goes down again and on each wave there are little ones who live their own live, however it’s not too long.
I believe that a voyage at sea is a good medicine for people who are stressed or have a burn out. Looking out over the sea so steadily to that never resting movements of the waves… you feel in your head something like pleasant relaxing feelings. But you never can tell the sea is beautiful or she’s ugly. When you don’t have any sorrow the sea only can be beautiful, but it’s not reality. Next moment when you are worrying about something it will look very different.
Than all the beauty has gone. In the mean time our earth is a strange bowl. That it is a bowl, you can see clear from this spot. I’m thinking about what we have to do with all that water. Really thinking… it’s just water with some stripes of land.
I’m already used to listen to all that English language, even if I don’t speak it myself .
When I speak an English word I take fright of my own words. And just as a mrs said on the Batavier… when you are back in your own country it’s strange to hear your own Dutch language again.
Before I go to bed I would like to tell something about the seagulls. They fly with us since Southampton. Strange animals.. they have to fly all the time. If they need a rest they stay behind. They only have to move their wings a bit to stay with us. I think they stay with us because of the enormous movements of the shrews in the water which make the little fishes coming at the surface of the water. They look a bit stupefied. If they have picked up one they eat the fish out of their leg while they are sitting on the water. After a moment they are back again. They are very tame. They just skim over our heads on a few meter. There are more than hundred of them. Most of them are white with steel grey and dark wingtips, but also some of them are dark grey.
There are just a 60 third class passengers. They use therefore 6 tables with each one their own servant.
On the tables are the menu’s and then they come and ask you what you would like to eat.
Three courses all the time, but when you order potatoes with meat you get a few potatoes and a lot of meat. I believe it’s not good to spoil the people that way.