Hetty Site

hetty

Aan de karbonade

‘Zo… hier kump et beutien van ’t Kleine Veer’, zo kwamen de neven Wilhelm en Gerrit van der Kolk 10 jaar geleden bij ons het erf oprijden. Bij het Kleine of Oldeneler Veer, aan de overkant van de IJssel, begon het leven van de ouders van de neven van der Kolk. Jan van der Kolk, de vader van deze Gerrit en Wilhelm.  Jan is nog wel in Hattem geboren omdat opoe Willempje daar het liefst woonde, maar kort na zijn geboorte was vader Hendrik nodig bij het Kleine Veer waar sinds jaar en dag een van der Kolk veerman was. Daar aan de overkant werden Wims vader Gerard en tweelingzus Marie geboren en later nog Gerrit en Anton, Hendriekus en Geertje.

Toen wilde opoe Willempje weer terug naar Hattem. Daar zijn deze jongens verder opgegroeid en een deel van hen is er blijven wonen. Gerrit is altijd in Hattem gebleven, maar Wilhelm was sinds een paar jaar uitgeweken naar de Filippijnen waar hij een vrij en gelukkig leven leidt met zijn nieuwe liefde Hilda. Later zou het Elena worden. Vanwege de reünie was hij  terug gekomen naar zijn roots en het leek hem leuk om ons eens op te zoeken. Daar had Gerrit ook wel zin in en zo gebeurde het dat er heel wat herinneringen opgehaald werden in huize Schoolpad. Wilhelm vertelde over zijn vrije leven op Cebu en Gerrit over zijn laatste jaren. Het werd een bijzondere middag waarin heel wat verhalen boven kwamen. Gerrit beschreef een ongelukkige schop van Wim tegen de bal die in een dakgoot terecht kwam, maar die hij al hangend aan die dakgoot en tekens zijn handen verplaatsend weer teug kon pakken. Dat had op hem zo’n indruk gemaakt dat hij het nu nog precies voor zich zag. Ze zaten echt op de praatstoel die drie. Natuurlijk kwam ook de rest van de familie aan de beurt, met name tante Siet en tante Marie. De laatste heeft zelfs meegeholpen bij de bevalling van Gerhard. Mooi team die twee, dokter van Haeringen en tante Marie.

We besloten de middag met de karbonades zoals tante Marie die vroeger klaar maakte op zaterdag, zodat alle jongens die langs kwamen een lekkere karbonade kregen. Wim heeft verscheidene keren mee gesmuld. Oom Jan zinde het helemaal niet, ook al omdat hij de dunste kreeg! Maar de gevleugelde woorden van tante Marie zijn nog steeds bekend in de familie: ‘Jan, zolang as ie-j van die dikke sigaren rookt kriegt de jongens hier zaoterdags een karbonade’. Daar kon hij het mee doen.
Ik heb genoten van de verhalen en zou zeggen: Kom nòg es langs! En dat gebeurde in 2016 nog eens. Helaas is Wilhelm een paar maanden geleden onverwachts op Cebu overleden.

Foto: 2013

Aan de karbonade Meer lezen »

Sij saten in het korenvelt…

Het was me wat die eerste ervaringen op ons nieuwe laptop! Wie had dat gedacht dat deze voormalig digibeet nog eens met een I-pad onder de arm zou lopen?
Onze steun en toeverlaat op dit gebied, behalve natuurlijk onze eigen boys, is Bareld!
Je hoeft maar even te kikken van “Bareld…help” of Bareld kijkt vanuit z’n eigen pc in z’n eigen huis mee op je scherm en het probleem is meestal snel opgelost.
Die avond was Roelie ook aan het stoeien met haar computer. Ik kreeg de mail zelfs dubbel.  Maar …bedankt Roelie. Het is de moeite waard! Dat dit al jullie verhuizingen overleefd heeft!
Roelie heeft natuurlijk veel van dezelfde ervaringen uit onze tijd in Hattem. Allebei tegelijk voor de klas op de van Heemstraschool. Ik leerde binnen een half jaar Wim kennen en Roelie niet veel later Albert. Ze had die keer zelfs nog een leuke aanvulling. Onze gezamenlijke collega Johan Frijlink, ja ook degene die “Val niet in de draaikolk.” op m’n fietszadel plakte, had meerdere talenten. Op het personeelsavondje dat ik al eens beschreef  kwam Johan met een gedicht op de proppen mèt een in elkaar geknutselde tekening, waarbij ons “Hoofd”, toen nog dhr. Aartsen, als dreigende donkere figuur de escapades van zijn vrouwelijk personeel gadeslaat. Hier worden Roelie en Albert uitgebeeld.
Toen ik dit zag werd het weer helemaal helder na zoveel jaar.
Diezelfde Johan Frijlink haalde Roelie en mij zelfs met een soort handkar van de bus toen we onder elkaar als collega’s iets aan sinterklaas zouden doen! Ach dat was ook wel lachen!
Het gedicht erbij luidde als volgt:

Sij saten in het corenvelt bij wilgh en vogelnest
Het was so stil, de harde banc so sacht
De nagtegaal deet goet sijn best
want over nogh geen uurtje wert ’t nacht

Hij dacht niet meer aen het papier
Sij intresseerde sich voor ’t scooltje geen sier
Sij lacht ende cijct so vriendlijc naer sijn snor
En geeft hem noch daerbij een por.

Doch plots verstomt des nagtegaelen wijs
Hi siet een donkere gedaente naedren
Si schuifelt nu dichtbij als een patrijs
Si scijnt te horen tot de vroede vaedren

Opeens bemerckt hi iets………
———————————————————–
Kleine uitleg—Albert werkte op dat moment op een papierfabriek!

Sij saten in het korenvelt… Meer lezen »

Op een ereplek..

We woonden nog in Hengelo en Wim had nog een wens. Hij wilde graag rijles geven. Dat kon toen nog zonder diploma’s.  Elke donderdagavond en zaterdagmorgen kon hij zich uitleven met een rijschoolhouder in de buurt. Nadat hij met de rijlessen ook een nieuw horloge en een trainingspak had opgespaard stopte Wim. Het was mooi geweest. Want deze vader van intussen drie zonen ging weer aan de studie.
Hij had  al een poging gedaan om de beginselen van het Frans onder de knie te krijgen. Dat bleek echter een druppel op een gloeiende plaat. Duits zou ook handig zijn, maar daar had hij het volgende op gevonden. Met Herr Elzasser, een inspecteur van de TÜV uit Duitsland had hij een afspraak gemaakt. Hij zou zich zo goed mogelijk in het Duits uitdrukken en Herr Elzasser zou hem, telkens wanneer hij iets echt verkeerd zei, verbeteren. Zo liepen ze samen alles al pratend en verbeterend te inspecteren in de Pijpenbuigerij bij Stork..
Ik kan je verzekeren dat hij nu gemakkelijker Duits spreekt dan ik. Hij gebruikt geen enkele naamval, terwijl ik het allemaal zo perfect mogelijk probeer te doen.
Op het gebied van kwaliteit had hij al heel wat certificaten en diploma’s verzameld, maar nu kwam het echte grote werk!
In de avonduren ging hij de “Stork- HTS” volgen. In drie jaar tijd had hij geen tijd voor iets anders. Alleen volleybalde hij nog. Er werd serieus gestudeerd. Minstens 1 keer per week zat Wim met twee jonge mannen die bij ons in de buurt woonden aan de grote tafel te blokken. De beide Klazen, beiden MTS-ers, vonden het wel gezellig bij ons en zij hielpen Wim met een soort hogere wiskunde.
De laatste avond voor de vakantie kwamen ze dan met een kratje bier voor hen en een fles wijn voor mij aanzetten…Moselblümchen. Ken je dat..? Aan het eind van de avond was alles op. Ik weet nog dat ik begon te lachen toen ik de trap op kroop en dat ik nog lachte toen ik in bed lag!
Het heeft geen van drieën windeieren gelegd. Wim werd Chef Afname. Maar zijn grootste beloning is toch wel een originele koperen plaat van één van de eerste Storkketels uit 1909. Hij kreeg die van inspecteur Buis van het Stoomwezen. Storkdirecteur Ketel- en Apparaten Bouw dhr Scheffer vond dat die plaat bij hem op kantoor hoorde te hangen. Via slinkse wegen heeft hij vaak geprobeerd Wim die bijzondere plaat afhandig te maken. Een laatste poging deed hij nog in 1983 toen Wim het bij Stork voor gezien hield. Tot dan had het achter zijn bureau op de muur gehangen. Wim was niet te vermurwen. Hij had hem persoonlijk gekregen. Uit! De plaat ging mee naar Emmen en hangt nog steeds op een ereplaats bij ons in de kamer!
“Later” mag deze bijzondere plaat naar het Stork Museum.
En…Klaas Renting kreeg een leidinggevende functie bij een bedrijf in Coevorden en de andere Klaas bij de NAM.
En alle drie wonen ze nu…….. in Emmen en omgeving!

Op een ereplek.. Meer lezen »

Bij de koffie

“Schrrrrr schrrrrr”, ging het, “en Jan stond stokstijf”, vertelde Diny na het aqua joggen. Met een stuk of 8 dronken we vaak nog een kopje koffie in het café als afsluiting. Ik vertelde die keer over onze memorytour en het bezoek aan ‘de Boskamp’ waar nog zoveel origineel is gebleven. We hebben het over de snelle veranderingen in zowel het wonen als de techniek sinds onze jeugd. De bedsteden waarin verscheidene van ons nog geslapen hebben zijn er niet meer.
Diny vertelde over de bedsteden vroeger thuis met een kast ertussen. Die waren omgebouwd  tot twee slaapkamertjes met dunne wandjes. En tussen beide deuren stond een vaas met droogbloemen en daar had Jan, nadat haar pa en ma hopelijk sliepen, op weg naar zijn geliefde Diny in de aangrenzende kamer tegen aan gestoten. Meteen hoorden ze ook de klik van het touwtje waarmee de lamp in de ouderslaapkamer aanging. Spannend was dat vroeger. Bij ons had opa Bijenhof de mooie taak om heel lang bij het verliefde stel te blijven zitten. Die kon mooi blijven liggen de volgende morgen. Slimme zet van onze moeder! En…: “Je moet maar goed oppassen”, was de kreet die we te horen kregen. Waarvoor…. en hoe…., werd er niet bij verteld. Ik vraag me af of ze dat ook tegen onze jongere broers zeiden toen die begonnen uit te gaan.
Er is ook op dat gebied veel veranderd. Samenwonen kwam vroeger niet eens bij je op. Nu is het de gewoonste zaak van de wereld geworden. We denken nog vaak aan onze medezwemster Diny. Ze overleed in het begin van de coronatijd. Haar enthousiasme blijft me bij net als de aandacht die Anja altijd voor je had. Ook zij overleed in deze tijd.
We zijn bij ons aqua jog groepje , Ook in het nieuwe Aquarena drinken we graag na afloop een kopje koffie samen. Veel van ons aqua jog groepje zijn al op gevorderde leeftijd en ook nu komen er verhalen over ‘vroeger’ naar boven. Na de gewone spieren krijgen onze lachspieren nu een beurt. Ook in dit nieuwe Aquarena is wel gelegenheid om koffie te drinken, maar de gezellige entourage van Paal 31 is er bij lange na niet. Wel is er uitzicht naar alles wat het bad te bieden heeft. De gezelligheid? We zullen het zelf moeten maken.

Bij de koffie Meer lezen »

Tja… voorbereiding…

Bij de voorbereidingen voorafgaand aan de verhuizing die over ongeveer twee maanden zal plaatvinden, hoort het uitzoeken, sorteren, weggooien van spullen en paperassen…Ik heb er intussen al heel wat koffiebonnetjes aan overgehouden bij Kringloop Het Goed. En we zijn al eens naar de Stort geweest. Zal vaker gebeuren. Vandaag ging ik in de studio opruimen. Daar staat ook de mand met agenda’s, brieven, boek met condoleances en alles wat met het afscheid van Mark te maken had. Ik had het de laatste paar jaar niet meer ingekeken, blijft zeer doen. En zo was het nu opnieuw. Vooral de afscheidsbrief van 6 kantjes hakte er weer flink in. Het was opnieuw zo duidelijk dat hij het zo zwaar had en geen toekomst meer zag. Bovendien was hij heel open over zichzelf. Gaf een goed inzicht in zijn eigen karakter en persoonlijkheid.. De mand werd enigszins uitgedund en er kon nog net het boek, gevuld met kaarten bij die we kregen tijdens de ziekte van Wim. Mijn bedoeling was om het te kunnen gebruiken als Wim in zak en as zou zitten tijdens de behandelingen. Maar dat zat hij niet. Ondanks alle beperkingen en behandelingen bleef hij altijd positief. Ook een kunst

Tja.. was even een zware morgen, maar wie zegt dat het leven alleen zonneschijn is. We krijgen allemaal in ons leven een rugzakje mee en om met Daniel Lohues te spreken; De een hef em van piepschoem en de ander van lood.

Ons leven gaat een nieuwe fase in, niet te vergelijken met de afgelopen 29 jaar aan het Schoolpad met alle ruimte en vrijheid. We hebben overal met plezier gewoond, maar deze woonplek overtrof alles. Veel hiervan heb ik weer kunnen geven in Tweets van het Schoolpad 1 t/m 4, waarin ik behalve de belevenissen op deze plek ook veel herinneringen neerschreef die zomaar boven kwamen drijven. Alle voorbereidingen voor de overdrachten van de huizen aan het Schoolpad en Torflang zijn intussen afgerond. Wat een geluk dat we via de Rechtshulpverzekering van Univé zoveel steun hebben gehad en nog. De Groninger advocaat onderzocht de mogelijkheden en onmogelijkheden van deze woonplek. En de man die de contacten met de Gemeente verzorgd is gewoon onbetaalbaar goed en de steun die we nodig hebben. Over twee weken is het zover. Ook heel fijn dat we daarna genoeg tijd krijgen om rustig te verhuizen en op te ruimen. Want dat laatste zal nog wel een dingetje worden.

Tja… voorbereiding… Meer lezen »

Afscheid

Toen opoe en opa Eggink afscheid namen van Herman toen hij in 1924 naar Amerika vertrok om boer te worden, wist niemand wanneer ze elkaar terug zouden zien. Het zou die keer 5 jaar duren. Daarna duurde het 17 jaar. In 1946 toen zijn broer en onze vader Hendrik Jan zo plotseling overleed kwam hij opnieuw over en dat was voor opoe voor het laatst.
Mijn hele leven heb ik al afscheid moeten nemen”, zei ook Tonny. Eerst al werd ze vanuit toenmalig Perzië, waar haar vader werkte, naar Nederland gestuurd toen ze bijna aan de middelbare school toe was. In de vakanties ging ze natuurlijk terug, drie keer per jaar. Ze trof een fijn gezin dat haar geweldig opving en een belangrijke rol in haar leven speelde.
Toen Gera trouwde en samen met Fred de oversteek maakte naar Canada begon het afscheid nemen voor haar  opnieuw. Je zou denken dat het gaat wennen, maar ik denk dat het nooit went. Vaak gingen Henry en Tonny naar hen toe. We zijn zelfs twee keer 4 weken met hen mee geweest en hebben een geweldige tijd gehad in het altijd warme gezin van Fred en Gera en hebben intussen ook heel wat van Canada gezien. Ook in  september 2010 waren we bij Henry en Tonny zelf te gast in Canada, samen met Ben en Niesje. En Rick heeft er al heel wat keren een fijne vakantie gehad bij Fred en Gera en heeft de kinderen zien opgroeien.
Ik denk dat het 2008 was toen  Henry en Tonny zelf de stoute schoenen aantrokken en zijn de grote plas overgestoken, zoals Rick dat altijd noemt, en nu om te blijven. Het afscheid nemen blijft, want nu blijven Arend en Amaka achter in Nederland.
Toen namen wij afscheid van hen, misschien niet voor lang want waarschijnlijk komen ze in november terug om de echte emigratiepapieren te laten tekenen in Berlijn.
En een aantal keren namen we afscheid van Berdina en Curtis. We hebben ze nu al vaker  wat langere tijd ontmoet en Berdena voelt als een zus voor ons, zo bijzonder. Het zou die keer ook niet een afscheid worden voor heel lang. Curtis zei bij het afscheid tegen Wim:”You mùst come”. En die plannen: zijn intussen ook werkelijkheid geworden in 2012, in navolging van opa en vele neven en nichten uit de familie Eggink, om de plek op te zoeken waar ome Herman de toekomst opbouwde voor zijn gezin. Berdena en Curtis regelden alles  voor ons. Het werd een van de mooiste belevenissen in ons leven. Afscheid nemen wordt er in elk geval gemakkelijker door, want 3 jaar later bezochten ze ons weer en konden we hen een kijkje in ons leven geven. We hebben intussen wel, behalve van Ben en Niesje, Mark en Henry, nu definitief afscheid moeten nemen van Curtis en Harold. Dankzij de moderne techniek konden we het afscheid van Curtis en later Harold mee beleven. Maar wat we samen hebben meegemaakt zal altijd bij ons blijven.

Bij het afscheid in 2011 kregen Diny en ik deze broche als herinnering aan onze ontmoeting en aandenken aan de Three Eggink Sisters.

Afscheid Meer lezen »

Max

We hebben nu al 10 jaar de bruin met witte bordercollie Storm, maar heel lang waren het de zwart witte. We begonnen met Kim en bij de verhuizing naar het Schoolpad met  alle ruimte kwam er al gauw eentje bij. Dat was Scott, de lieveling van iedereen inclusief de kinderen van school die met klasseavonden met hem speelden. Kim deed ook wel mee maar die trok zich vaak terug als het te wild werd. Scott ging het nooit ruig genoeg. Moest wel eens met hem naar dokter Harrie omdat hij een stok achter in de keel had gekregen. ‘Waarom nemen jullie geen bal’, merkte die verstandig op.

Eén van de pups uit het tweede nestje van Kim en Scott was Max, een stevige pup.

Willem en Hilly kwamen gewoon op kraambezoek om de pups te bekijken in het nest dat gebouwd was met stukken van de door Willem nog zelf getimmerde lattenbodem van hun huwelijksbed. Ze hadden de pups in hun nest al even bewonderd en we hadden een gezellige avond samen. Maar bij het weggaan aan het eind van de avond en een laatste blik op het aandoenlijke tafereeltje van Kim met haar 9 pups, wist Hilly het ineens: ’Willem zuuk d’r maor ene uut’. De verbaasde Willem pakte de een na de ander op om uiteindelijk voor een stevige reu te kiezen. Dat werd Max.

Wat hebben ze een plezier van hem gehad. Hilly ging er mee naar de behendigheidscursus en Willem liet hem uit bij het kanaal of richting Rietplas. Altijd ging Max mee op vakantie, meestal ging dat naar Ameland. Ach… eigenlijk ging het zijn laatste paar jaren al niet zo goed meer met Max, maar hij was er nog en had plezier in het leven.
Max is er allang niet meer net als Scott, Kim en Tessa….  Willem kwam toen langs om het te vertellen. Hij was er helemaal aangeslagen van. Veertien en een half jaar is hij geworden. Maar nu was hij verlamd geraakt, at en dronk niet meer en dat was het dan. De dierenarts werd thuis geroepen om Max in te laten slapen op z’n eigen vertrouwde plekje. Hij is begraven op een mooi plekje op het erf bij Hilda. Voordat Max in hun leven kwam hebben ze nooit een hond gehad, alleen katten. ‘Nee… wi’j nemt gien hond weer’, zei Willem. ‘En ik loop ok niet meer langs ’t kanaal waor ik altied met Max leup’. Het was nog te vers, de pijn van het afscheid van hun lievelingshond.
Hun kleinkinderen zouden nu de aandacht opeisen van oma en opa, want die hebben ze intussen wel gekregen. Zeven in totaal…. tot nu toe….

De lattenbodem van het huwelijksbed van Willem en Hillie heeft nog lang dienst gedaan als nest voor de fleslammetjes als ze moesten wennen. Ook dat gaat niet meer gebeuren. Zouden we het nog kunnen gebruiken aan de Torflang?

Foto: Het nest met de pups die al aardig over de rand kunnen kijken. De middelste lijkt me Max

Max Meer lezen »

Oranje boven…

Ken je dat…. zo’n trui waar je zo ongeveer in woont? Rick heeft er een paar van. De rest van de kast wordt niet aangeroerd en als hij toch wat nodig heeft kan hij het niet vinden.
Je kunt ook maar één ding tegelijk aan… toch?
Ooit kocht ik voor Wim een oranje trui, nou ja…. wat rustig oranje, meer zalm. Dat werd zijn lijftrui. Niet zozeer omdat hij ook oranje-gezind is, maar dit werd een uniek kledingstuk. Het werd het eerste wat hij greep wanneer hij zich met een zucht uit de nette Stork-kleren geworsteld had. Leuk toch… zo’n fijne trui, hoor ik jullie denken.
Maar als je zo’n trui ook draagt als er geklust en geverfd wordt begint het mooie er na een paar jaar wel af te gaan. Zo ook met deze supertrui. “Gooi dat ding toch een keer weg”, zei ik dan. “Ie-j hebt zat andere truien. Mo-j zeen hoe -t- e d’r uut ziet. Daor an de mouwe zit al greune verve. Daor ku-j zo de weg niet meer mee op”. Maar als je Wim een beetje kent… trekt die zich daar niets van aan. “As ze d’r last van hebt, dan kiekt ze d’r maor langs hen”, is meestal zijn vaste antwoord.
Toen heb ik een, in zijn ogen, grote fout begaan. Toen het echt niet langer kon, vond ik, heb ik het oude smerige oranje vod weggegooid. Toen hij er achter kwam …zwaaide er wat. Hij sprintte nog wel even naar de container, maar jammer dan voor hem…. die was al geleegd. Het is nu al meer dan 30 jaar geleden, maar af en toe….. moet ik het weer even horen. Hij heeft nooit weer zo’n fijne trui gehad.
Tegenwoordig keurt Wim zelf z’n kleren en wordt er af en toe wat in een grote plastic zak gestopt. De meetlat ligt bij: draag ik het of ligt het er maar te liggen?

Uit Tweets van het Schoolpad 2

Oranje boven… Meer lezen »

Je wilt er niet aan…

Je wilt er niet aan, maar toch… ouderdom komt met gebreken al is het gelukkig nog te overzien allemaal. Maar gehoor en zicht wordt minder. Wim heeft al jaren ‘oortjes’, zoals hij ze noemt en binnenkort krijg ik ze ook aangemeten. Brillen hebben we allebei, gebitten ook, zij het deels. En dat is het hem juist. Wim hoor ik nooit over zijn deelgebitje maar ik heb altijd wat. Vooral sinds ik een hoektand kwijt ben. Er is al een aanpassing gedaan en een voerinkje gelegd en nog is het dweilen met de kraan open. Dat ondergebitje ligt daarom overal. Ik ben bang dat ik hem nog eens kwijt raak. Daar heb ik het volgende op gevonden. Als de druk tijdens het eten te groot wordt doe ik hem uit, moffel hem even weg in een servet en hou hem even uit, soms gewoon in de hand.

Zo lag ik vorige week na de door Wim trouw klaargemaakte heerlijke lunch even in mijn favoriete stoel met de beentjes omhoog.

Ik was net helemaal weg in dromenland toen ik wakker schrok van geluid. Nee de hond zei meen ik  niks, maar toch…. ‘Vollek’, hoorde ik ineens helder klinken. Ik schoot overeind, was meteen wakker. Bij de deur ontdekte ik een paar goede vrienden die hier ooit ook waren toen we net verhuisd waren. ‘Ja, voordat jullie weg zijn komen we toch nog een keertje aan’, klonk het. Het werd een gezellige middag.

Die avond wilde ik voor ik naar bed ging mijn tanden even poetsen en   tja… toen lag dat ondergebitje niet op een van de plekken waar ik het normaal even van me afleg. Niet op het aanrecht, niet naast de computer, niet in de badkamer. Ik zocht gewoon overal, maar uiteindelijk moest ik met de billen bloot. ‘Wim… heb ie misschien mien gebitjen ergens ezien?’ Het commentaar viel dit keer mee. Hij hielp zelfs even meezoeken.

De volgende dag liep ik alle plekken langs waar ik die dag had gezeten, Want ik had het dit keer lang volgehouden. Ineens wist ik het zeker. Voordat ik ‘Vollek’ hoorde roepen zat ik in die stoel bij het achterraam en vloog ik overeind. Zou het daar ergens. Ik ging weer even zitten en toen … ineens zag ik hem liggen. Bij het overeind vliegen moet ie uit mijn hand gevlogen zijn en lag nu onder het kastje er tegenover. Gelukkig is Storm niet gek op gebitten anders was het misschien net afgelopen als bij mijn moeder die haar middagslaapje op de bank doorbracht en zonder bovengebit wakker werd. Sacha de hond kreeg de schuld. Is nooit teruggevonden….

Je wilt er niet aan… Meer lezen »

Pieman…

Pie…pieieie…kom dan, pie ie….’, ik hoor het opoe Bijenhof nog roepen naar de katten. Meestal had ze iets te eten voor ze. Een beetje melk ,denk ik, met wat stukjes oud brood, want toen deden de mensen nog niet aan kattenvoer uit de winkel. En betrapte ze een kat op het melkzeef of één die er vandoor ging met een stukje spek of naegelholt van de taofel, dan hoorde ik haar: ‘smerige katte’ roepen. Hoe ik ineens op de katten van opoe kom? Laatst las ik een stukje van Vordense Harry over Pieman, de katte van Hendrik Jan en Gardientj’n. Daar waren zo verschrikkelijk gek mee, werd verwend met allerlei lekker hapjes, tot hij ineens verdwenen was en ze hem tot hun grote verdriet dood op straat vonden… dachten ze. Pieman werd met alle eer begraven tot een paar dagen later ineens de echte Pieman weer boven water kwam. Tja katten lijken soms erg op elkaar. Het deed me even glimlachen… dat stukje over de kat Pieman.

Ik hoorde vroeger bij ons thuis nog wel eens het woord pieman gebruiken. Mama deed dat als ze mijn kleine broertjes duidelijk wilde maken dat ze een grote jongen waren als ze niet meer pieman in de broek lieten plassen maar buiten of op de wc. Wij als zusjes, hadden daarvoor nog nooit een pieman gezien en vonden onze kleine broertjes hoogst interessant met hun pieman, vooral als ze tijdens het dagelijkse badje een grote straal tevoorschijn konden toveren.

Pieman… Meer lezen »