Weblog2

Brief van opa Eggink– winter 1972
Ook hier draagt opa nog steeds het pak van Hendrik Jan, wel met een warme trui er onder. Verder ook een gehoorapparaat, z’n sigaartje en dat intrigerende speldje. Barchem dinsdag Lieve kind Hetty Blij met je brief. Ik geloof al

Nostalgie 2
En het huis van de bovenmeester in die tijd 50- en 60er jaren.Op de voorgrond Nan.links: het schoolplein. Met dank aan Nan. De foto’s zijn gescand vanuit afbeeldingen van 2 bij 3 cm.

Over nostalgie gesproken…
Uitzicht vanuit het meestershuis. Op de linker foto in de verte de molen van Kluvers. Over nostalgie gesproken… dit nichtje van de fam. Harwig vertelt dat ze tussen haar 5e en 18e jaar elke zomer 6 weken in Vorden doorbracht.

Ken je deze mensen misschien..?
Ik kreeg uit Den Haag een aardig fotootje toegemaild met de vraag of ik deze mensen kende. Natuurlijk ken ik deze mensen. Oom Wim en tante Janna Bijenhof met opoe Bruins, Heintje en ik meen Hannie en Gerrit, gefotografeerd naast

Brief van opoe Bijenhof aan zoon Willem
Oom Wim bij de Gele Rijders. Maanden voordat de 2e WO uitbrak in Nederland waren alle strijdkrachten opgeroepen voor de mobilisatie. Ik weet dat vader Hein in de buurt van Ede lag. Oom Sjoerd in Amsterdam, Oom Willem dus ook,

De jacht is lös
Nou vooruit… nog één keer Johanna op z’n Achterhoeks! Vooral in het weekend horen we hier het geknal van de jagers. We halen dan onze katten binnen, want of ze het verschil niet (willen) zien? De jagers zien katten als

Toen ‘k wonen an dat weggesken
Eva met de fleslammeren afgelopen juni. Gek hoor dat Sallands/Twents nog zo anders klinkt dan het Achterhoeks. Eigenlijk verschillen de woorden niet zoveel, maar de klank is wat anders. Door een duwtje in deze richting van neef Wim komt dan

Toew ‘k wonnen an det wegchien…
Dit gedicht van Johanna van Buren heeft wat weg van één van mijn lievelingsgedichten: [i]Het stille huisje [/i]van Adriaan Roland Holst. De sfeer ervan doet me steeds denken aan de lucht van de dieren vroeger op [i]De Boomgaard [/i]en [i]De

Den sik uut Enter
Wanneer in de brugklassen bij Nederlands het hoofdstuk Schooltaal– Thuistaal aan de beurt was stond dit gedicht er als voorbeeld in èn het verhaal van Roodkapje op z’n Amsterdams. Ook leuk. De kinderen mochten zelf ook iets vertellen in hun

Een padwies keerltien
Standbeeld van Johanna van Buren in Hellendoorn Eén van de gedichten van Johanna van Buren gaat als volgt: Willem is een padwies keerltienHee verbeelt zich mor, hee weetAlles better as een ander,En zoo as hee zeg, zo geet ‘t.Mar vandaege